Inhoudsopgave
Advertenties
D
C
IGITAL
ONTROL
Snelkoppelingen lokalisatiescherm
Op het lokalisatiescherm zijn de volgende snelkoppelingen beschikbaar.
Taak
Dieptescherm
Max-modus
Hoofdmenu
Het scherm Voorspelde diepte
Scherm contrast
Minder voorkomende pictogrammen
Lokalisatiescherm met minder
voorkomende pictogrammen
Dieptescherm
Houd de trekker ingedrukt, met de ontvanger op de locatielijn (LL) om het
dieptescherm weer te geven.
Dieptescherm op LL met HAG
Als de HAG-instelling is uitgeschakeld, dan moet de ontvanger tijdens
dieptemetingen op de grond worden geplaatst.
32
I
NCORPORATED
Trekker op locatielijn houden (LL)
Trekker ten minste vijf seconden ingedrukt houden
Klik trekker
Trekker ingedrukt houden op voorste locatiepunt (FLP)
Trekker ingedrukt houden met ontvanger verticaal
ingeschakeld
Handeling
1. Zender giering
2.
Waarschuwing zender (Tx)
stroomverbruik
3.
Tx batterijsterkte
4.
Target Steering
5.
Kalibrering
vereist of foutmelding zelftest
6.
Verzwakt signaal
(ondiep of overmatige
interferentie)
7. Rolverschuiving-menu ingeschakeld
8. Indien het knippert, duidt dit op ernstige
storing
Locatiepunten (FLP & RLP) en
1. Locatiepunt (voor of achter)
2. Vogelaanzicht
3. Locatielijn (LL)
4. Bovengrondse hoogte (HAG)
ingeschakeld
5. Benedenverdieping
6. Diepte zender
7. Tx batterijsterkte
Bovengrondse hoogte (HAG)
DigiTrak Falcon F1 Handleiding
Pagina
32
33
13
33
12
Locatielijn (LL)
Pagina 38
Pagina 17
Advertenties
Inhoudsopgave
