Advertenties
Ruimte-/buitentemperatuurwisselinterval [sec.]
■
Opties:
Ruimte- en buitentemperatuur delen samen een indicatieplaats op de bovenste balk van het
display. Met de parameter wordt vastgelegd na welke tijd de temperatuurindicatie wisselt.
Invoer:
1. In het invoerveld klikken en een tijdsinterval (in seconden) invoeren.
Of:
2.
Voor ruimtetemperatuurvoeler gebruiken
■
Opties:
Met de parameter wordt vastgelegd of de ruimtetemperatuur door de interne sensor van het
apparaat of door een externe KNX-temperatuursensor wordt gemeten.
De externe sensor moet via een groepsadres worden toegewezen.
Afstellingswaarde voor temperatuurmeting (x 0,1K) [K]
■
Opties:
Met de parameter wordt vastgelegd met welke waarde de gemeten temperatuur verhoogd
of verlaagd wordt. Deze afstellingswaarde zorgt ervoor dat de correcte temperatuur
weergegeven en eventueel naar andere apparaten doorgestuurd wordt. Afstelling is
bijvoorbeeld nodig als aangrenzende warmtebronnen het meetresultaat vervalsen.
Invoer:
1. In het invoerveld klikken en een afstellingswaarde (in Kelvin) invoeren.
Of:
1. Op de pijlen klikken.
Producthandboek 2CKA002273B5019
Instelmogelijkheid van 3 ... 10 sec.
Op de pijlen klikken.
Aanwijzing
De parameter is alleen beschikbaar als de parameter "Ruimtetemperatuur
weergeven" is geactiveerd.
Interne sensor
Externe sensor
Instelmogelijkheid -127 ... +127 K
Aanwijzing
De parameter is alleen beschikbaar als de parameter "Voor
ruimtetemperatuurvoeler gebruiken" op "Interne sensor" ingesteld is.
Inbedrijfname met DCA (vanaf ETS5)
│68
Advertenties
