Voorts is ook installatie direct op een doseertank mogelijk.
De max. toegestane omgevingstemperatuur van de pomp (zie technische specificaties)
moet in acht genomen worden. Stralingswarmte van apparaten en warmtewisselaars
moeten worden afgeschermd, zodat de doseerpomp de eigen warmte voldoende kan
afvoeren. Directe blootstelling aan zonlicht moet worden vermeden.
Bij montage van de doseerpomp in de vrije lucht moet als bescherming tegen
weersinvloeden een overkapping aangebracht worden.
7.3 Montage op een watermeter
De MAGDOS LT kan door universele contactwatermeters aangestuurd worden. Om
storende invloeden en foutieve impulsen te vermijden, is het aan te bevelen de pomp
niet direct op de watermeter te monteren, maar gebruik te maken van een tussenring
(Art. Nr. 21801) welke een tussenafstand van 50mm waarborgt. Montage op een dose-
ertank of een wandconsole heeft de voorkeur. De pulsafgifte van de watermeter moet
worden afgestemd op de maximale slagfrequentie van de pomp (zie hoofdstuk 5 tech-
nische specificaties)
7.4 Elektrische aansluiting
•
GEVAAR!
De elektrische aansluiting van de doseerpomp moet met de ter plaatse geldende
voorschriften overeenkomen en mag uitsluitend door bevoegd personeel uitgevoerd
worden.
AANWIJZING!
De doseerpomp dient aangesloten te worden op een geaarde stekkerdoos.
In de 230V AC versie, wordt de MAGDOS LT met een randaardesteker aangesloten. De
115V AC variant is met een CSA/UL steker uitgerust. De 24V DC versie is met een 2
AANWIJZING!
aderige kabel (2 x 1mm
AANWIJZING!
De doseerpomp is dubbel-geïsoleerd en geaard.
Signaalkabels mogen niet parallel naast krachtstroom of netleidingen gelegd worden.
Voeding- en signaalkabels moeten in gescheiden kanalen gelegd worden.
AANWIJZING!
Kabelkruisingen moeten onder een hoek van 90° aangelegd worden. Wanneer
aansluitkabels van meer dan 2 meter lengte nodig zijn, moet een afgeschermde kabel
gebruikt worden. Ter vermijding van een foutieve dosering na het beëindigen van het
proces, behoort men een elektrische en hydraulische vergrendeling aan te brengen.
7.5 Niveaubewaking
Bij het aansluiten van een niveaubewaking moet de kunststofhuls over de steker
geschroefd worden, zodat de bescherming gewaarborgd blijft. De benodigde
kunststofhuls is om onderdeel van de niveaubewaking (ook in combinatie met een
zuigleiding) Met de aangesloten niveaubewaking stopt de doseerpomp wanneer een te
laag niveau bereikt is, om indringen van luchtbellen in de zuigleiding en doseerkop te
voorkomen. De rode LED zal dan oplichten. Zodra het niveaucontact weer voldoende
110
GEVAAR!
Brandgevaar, drukgolven, wegvliegende delen kunnen levensgevaarlijk zijn.
De MAGDOS LT mag in geen geval toegepast worden in een explosiegevaarlijke
omgeving.
2
) uitgerust.