Inhoudsopgave
Advertenties
Bedrijfstemperatuur
Als uw airconditioner buiten de volgende temperatuurbereiken wordt gebruikt, dan
kunnen bepaalde veiligheidsfuncties worden ingeschakeld die ervoor zorgen dat het
apparaat wordt uitgeschakeld.
Omvormersplit
COOL (KOEL) modus
Kamertemp.
16°C~32°C (60°F~90°F)
Buitentemp.
0°C~50°C (32°F~122°F)
-15°C~50°C (5°F~122°F)
(Voor modellen met lage
temp. koelsystemen.)
-15°C~50°C (5°F~122°F)
Voor speciale tropische
modellen.
VOOR BUITENEENHEDEN MET EEN EXTRA ELEKTRISCHE VERWARMING.
Als de buitentemperatuur lager is dan 0°C (32°F), dan raden wij aan om de stekker erin te laten zitten
zodat het apparaat altijd probleemloos functioneert.
Vaste snelheid
COOL (KOEL) modus
Kamertemp.
16°C~32°C (60°F~90°F)
Buitentemp.
18°C~43°C (64°F~109°F)
-7°C~43°C (19°F~109°F)
Voor modellen met lage
temp. koelsystemen.
18°C~52°C (64°F~126°F)
Voor speciale tropische
modellen.
OPMERKING: Op het oppervlak van de airconditioner kan condensatie ontstaan als de airconditioner
wordt gebruikt terwijl de relatieve luchtvochtigheid in de kamer hoger is dna 80%. Stel het verticale
luchtstroomrooster in de maximale hoek (verticaal ten opzichte van de vloer), en schakel de HIGH (hoog)
ventilatormodus in.
HEAT (VERWARMEN)
modus
0°C~30°C (32°F~86°F)
-15°C~24°C (5°F~75°F)
-15°C~24°C (5°F~75°F)
HEAT (VERWARMEN)
modus
0°C~30°C (32°F~86°F)
-7°C~24°C (19°F~75°F)
-15°C~24°C (5°F~75°F)
35
DRY (DROOG) modus
10°C~32°C (50°F~90°F)
0°C~50°C (32°F~122°F)
0°C~52°C (32°F~126°F)
Voor speciale tropische
modellen.
DRY (DROOG) modus
10°C~32°C (50°F~90°F)
11°C~43°C (52°F~109°F)
18°C~43°C (64°F~109°F)
18°C~52°C (64°F~126°F)
Voor speciale tropische
modellen.
Advertenties
Inhoudsopgave
