Het installeren van de afvoerverbinding
2
(alleen bij apparaten met een warmtepomp)
OPMERKING: VÓÓR DE INSTALLATIE
Voordat u de buiteneenheid vastzet, moet u eerst de afvoeraansluiting aan de onderkant van het
apparaat installeren.
De afvoeraansluiting hoeft niet te worden geïnstalleerd in geval van eenheden met een ingebouwde
bodembak.
Stap 1:
Ontdek het gat in de bodemplaat van de buiteneenheid
Stap 2:
●
Bevestig de rubberen afdichting op het eindpunt van de afvoeraansluiting die wordt
aangesloten op de buiteneenheid.
●
Steek de afvoeraansluiting in het gat aan de onderzijde van het apparaat. De
afvoeraansluiting zal op zijn plek vastklikken.
●
Sluit een verlenging van de afvoerslang (niet meegeleverd) aan op de afvoeraansluiting
om water weg te voeren van het apparaat tijdens het verwarmen.
OPMERKING: IN KOUDE REGIO'S
Zorg er in koude regio's voor dat de afvoerslang zo verticaal mogelijk staat zodat voor een snelle
afvoer van het water wordt gezorgd. Als het water te langzaam wordt afgevoerd, dan kan het in de
slang gaan bevriezen en het apparaat overstromen.
Afdichting
21
Basisgat bij
buiteneenheid