Opmerking
Een externe temperatuurmeting voor de ruimteregeling is eventueel bij grotere
ruimtes en/of vloerverwarmingen zinvol.
10.3.7
Externe werkelijke temperatuur
Nummer
7
2-byte-communicatieobject voor de detectie van een via de KNX-bus beschikbaar gestelde
externe temperatuurwaarde
10.3.8
Externe werkelijke temperatuur 2
Nummer
8
2-byte-communicatieobject voor de detectie van nog een via de KNX-bus beschikbaar gestelde
externe temperatuurwaarde
10.3.9
Storing werkelijke temperatuur
Nummer
9
Als één van de geparametreerde ingangstemperaturen langer dan de bewakingstijd niet
beschikbaar zijn, wisselt de regelaar naar de storingsmodus. De storingsmodus wordt met de
waarde 1 naar de bus verzonden.
Opmerking
Bij punt 2:
Voor het weergeven van de storingsmodus moet dit object met het object
'storing werkelijke temperatuur (slave)' worden verbonden.
Bij punt 3:
Voor het weergeven van de storingsmodus moet dit object met het object
'storing werkelijke temperatuur (slave)' worden verbonden.
KNX Technisch Handboek 2273-1-8914 / 2CKA002273B8914
Naam
Externe werkelijke temperatuur
Naam
Externe werkelijke temperatuur 2
Naam
1. Storing werkelijke
temperatuur
2. Storing werkelijke
temperatuur (master)
3. Storing werkelijke
temperatuur (slave)
Applicatie-/parameterbeschrijvingen
Communicatieobjecten – KT
Objectfunctie
Ingang
Objectfunctie
Ingang
Objectfunctie
Uitgang
Uitgang
Uitgang
Gegevenstype
2-byte-
zwevendekommawaar
de
Gegevenstype
2-byte-
zwevendekommawaar
de
Gegevenstype
Schakelen
Schakelen
Schakelen
│76