Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Afstand En Diafragma Bij Gebruik Van De Ingebouwde Flitser - Pentax *ist Ds Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Afstand en diafragma bij gebruik van de ingebouwde
flitser
Wanneer u opnamen maakt met de flitser, moeten richtgetal, diafragma en afstand op
elkaar zijn afgestemd.
Bereken de opnamecondities en pas deze aan wanneer de flitser onjuist is ingesteld.
Richtgetal van ingebouwde flitser
Gevoeligheid
ISO200
ISO400
ISO800
ISO1600
ISO3200
Berekenen van de opnameafstand op basis
van de diafragmawaarde
Met de volgende formule berekent u de flitsafstand voor diafragmawaarden.
Maximale flitsafstand L1 = richtgetal ÷ gekozen diafragmawaarde
Minimale flitsafstand L2 = maximale flitsafstand ÷ 5*
Voorbeeld
Bij een gevoeligheid van [ISO200] en een diafragmawaarde van F4
L1 = 15,6 ÷ 4 = ca. 3,9 (m)
L2 = 3,9 ÷ 5 = ca. 0,8 (m)
De flitser kan dus worden gebruikt op een afstand van ca. 0,8 tot 3,9 m.
Wanneer de afstand tot het onderwerp minder dan 0,7 meter is, kan de flitser niet
worden gebruikt. Gebruik van de flitser binnen deze afstand veroorzaakt
vignettering in de hoeken van de opname, onevenwichtige lichtverdeling en
mogelijk overbelichting.
Richtgetal ingebouwde flitser
15.6
22
31
44
62
* De waarde 5 in de bovenstaande formule is een vaste waarde die
alleen geldt bij gebruik van de ingebouwde flitser.
149
5

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave