Inhoudsopgave
Advertenties
19 - ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN - KABELTYPES
Installatie wandterminal
Dit apparaat moet geïnstalleerd worden volgens het aansluitschema in de verpakking. Het moet geïnstalleerd
worden volgens de juiste regels en in overeenstemming met de ter plaatse geldende normen. Voor een installatie
die overeenkomt met klasse II, moet u zich beslist aan de betreffende installatieregels houden.
Bevestiging: op inbouwdoos in de daartoe bestemde gaten. Kabeldoorvoer via de opening in de voet.
Elektrische bekabeling:
■ Verwijder de voorkant van de terminal
■ Sluit aan volgens het schema in de verpakking (zie p 10)
Voeding
■ 230 / 1 / 50 Hz of 230 / 1 / 60 Hz
Verbinding Terminal / Regelaar
■ Max. afstand tussen kamerterminal / regelaar: 30 m.
→ Inclusief eventueel benodigde kabellengte voor de 1e slave
■ Type bedrading RS485: 4 draden + afscherming: 2 paar afgeschermde getwiste paren met afscherming, geaard op de comfortunit
(verplicht), zie eigenschappen "Verbinding master-slave"
→ Paar 1: A+ en B- / houd rekening met de polariteit
→ Paar 2: 5V en ┴
→ Afscherming ┴ aan regelaar- en terminalzijde
Verbinding master/slaves
■ Max. 15 slaves
■ Maximale afstand tussen de master en de 1e slave: 30 m - inclusief de kabellengte voor de kamerterminal
■ Maximale afstand tussen 2 slave-regelaars: 30 m
■ Bedrading:
→ Type RS485 + 2 draden + afscherming
→ Topologie: regelaarbedrading in serie
→ In acht te nemen polariteit
→ Soepele kabel, 1 of 2 afgeschermde getwiste paren met continue afscherming en afscherming geaard op de Master-comfortunit
→ Paar 1: A+ en B- / houd rekening met de polariteit
→ Paar 2: ┴ (indien van toepassing)
→ Continue afscherming ┴ tussen de master- en slave-regelaars
→ Max. capaciteit tussen kabel: 150 pF/m
→ Kabeltype Filotex FMA-2P, Belden ref 9842 / 9842NH 24AWG of vergelijkbaar, 2 afgeschermde getwiste paren
Wij raden u aan de kabels tussen Master/Slave en Slave/Slave te markeren voor het met de tijd onderhouden en opvolgen van
uw bedrijf.
Opvolging en onderhoud van uw bedrijf:
Voor het met de tijd opvolgen en onderhouden van uw bedrijf, raden wij u het volgende aan:
Het opstellen van een schema met de plaats van alle apparaten in het gebouw en het bussysteem (Master/Slave en zonetimer-
bus indien aanwezig)
Het markeren van de Master-apparaten en hun Slave per groep
Het bepalen van de plaats van de ruimtethermostaten en het apparaat waar ze mee verbonden zijn.
Het maken van een overzicht van de gebruikte buskabeltypes en hun lengte
Het bepalen van de plaats van de zonetimer in het gebouw (indien aanwezig)
NB: wanneer contact opgenomen wordt met CIAT in het kader van aftersales, vragen de monteurs van CIAT Services u
naar al deze elementen voordat ze ter plaatse komen.
Ingang venstercontact
■ Bedrading: 2 x 1 mm
2
afgeschermd getwist met de afscherming geaard op de comfortunit.
■ Aan te sluiten op de masterunits en/of alleen individueel
NL-25
V300
Advertenties
Inhoudsopgave
