Montage van de temperatuursondes
4.3.
Verbind de temperatuursondes met de regelaar, zie hiervoor hoofdstukken 5 en 6.
Volgens het hydraulische schema en aanbevolen apparaten, moeten 2 tot 8 sondes op de regelaar worden
aangesloten. Minstens één temperatuursonde van het verwarmingswater (H1-S) en de buiten voeler (WS)
zijn altijd onontbeerlijk.
Let op, er worden 2 soorten sondes gebruikt :
– Pt1000-sondes voor de buitenvoeler (WS) en zonnesondes (SH en SL)
– NTC 10 K-sondes voor de overige sondes (H0-S, H1-S, H2-S, H3-S, HDW).
Door sondes van verschillende modellen te gebruiken, zal de regelaar niet correct
functioneren. Niet de sondes gebruiken die bijgeleverd zijn met de ketel, SWW-boiler,
hydroconvector, enz.
TEMPERATUURMETING
Verwarmingscircuit H1 (rechtstreeks), H1-S SAM3100 CT10-2M
Verwarmingscircuit H2 (met kraan), H2-S
Verwarmingscircuit H3 (met kraan), H3-S
SWW-circuit, HDW
Extra warmtebron, H0-S
Zonnecollector
Zonnebuffer (onderste sonde)
Buiten (buitenvoeler)
Voor andere toepassingen zijn er 2 supplementaire aansluitklemmen voorzien, H4-S en H5-S. Actueel niet
te gebruiken.
Temperatuursondes en verwarmingscircuits
De sonde H1-S moet geplaatst worden in de evenwichtsfles, buffertank of, bij gebrek hieraan, op de collector
tussen de verwarmingsketel en de verwarmingsvertrekleiding.
De vertreksondes voor circuits met mengkranen (H2-S of H3-S) moeten op de buis achter de pomp van circuit
H2 of H3 gemonteerd worden.
3
2
1
Buitenvoeler
Monteer de sonde op een muur aan de noord- of noordoostzijde van het
gebouw, bij voorkeur onder het dak. Deze sonde mag niet blootgesteld
worden aan regen of zonnestraling.
Bevestig de sonde minimaal 1,5 m hoog, verwijderd van vensters,
schoorstenen, uitgangen van dampkappen en andere warmte bronnen die
tot foutieve metingen kunnen leiden.
22
4
2
3
REFERENTIES VAN DE SONDES
SAM3100 CT10-2M
SAM3100 CT10-2M
SAM3100 CT10-2M
SAM3100 CT10-2M
CT6-W *
CT6 *
SAM3100 CT6-P
De sondes zijn bestemd voor montage in een beschermhuls maar
het is ook mogelijk om deze te bevestigen op de buis nadat deze is
gereinigd. Gebruik in dat geval thermische contactpasta en geschikte
lijm (indien een plastic kabelbinder wordt gebruikt, moet materiaal
gebruikt worden dat bestand is tegen temperaturen van meer dan
80 °C of meer).
1
2
3
: buis,
: klembeugel,
* De sondes CT6-W en CT6 zijn
eveneens beschikbaar in een
kit met de referentie KCT6.
4
: thermische isolatie,
: sonde.
2 x 0,5 mm², max. 25 m
Ø 3 à 6,5 mm