Opstarten
9. Schakel de luchtcompressor, de luchtdroger
en de ademlucht in, indien inbegrepen.
10. Als u een nieuw systeem voor het eerst
opstart, dient u vloeistof in te laden met de
voedingspompen.
a. Controleer of alle stappen voor Instellen
zijn uitgevoerd. Zie Instelmodus.
b. Als er een roerwerk wordt gebruikt: open
het luchtinlaatventiel van het roerwerk.
c. Als u vloeistof door het systeem
moet leiden om de vattoevoer voor
te verwarmen, zie
Reactor, page
de verwarmde slang naar het verdeelstuk
van het pistool moet leiden, zie
door verdeelstuk van pistool, page
d. Zet beide
DRUKONTLASTINGS-/SPUITKLEPPEN (SA,
SB) op SPUITEN
48
Instellen
Instellen
Circulatie door de
50. Als u vloeistof door
Circulatie
.
e. Open de vloeistofinlaatventielen (FV).
51.
f.
Controleer op lekken.
Verontreiniging kan leiden
tot uitgehard materiaal in
vloeistofleidingen, met als gevolg
ernstig letsel of schade aan
apparatuur. Om verontreiniging te
voorkomen:
• Verwissel nooit
nooit de bevochtigde
nooit
onderdelen voor component A en
B.
• Gebruik nooit oplosmiddel aan de
ene kant als het vanaf de andere
kant is verontreinigd.
• Houd altijd twee geaarde
afvalbakken bij de hand om
de vloeistoffen van component
A en component B gescheiden te
houden.
Houd het vloeistofverdeelstuk van het
pistool boven twee geaarde afvalbakken.
Open de vloeistofventielen A en B totdat
er schoon, luchtvrij materiaal uit de
ventielen komt. Sluit de ventielen.
Het verdeelstuk van het Fusion
AP-pistool wordt getoond.
335040H