Gebruikershandleiding Prins Tiger
Prins Maasdijk, October-2013
►Let op!
• Zorg altijd dat de motor is uitgeschakeld en dat er
geen brandende voorwerpen in buurt zijn tijdens het
tanken.
• Zorg tijdens het tanken dat er geen water of vuil in de
tank kan komen.
De motor controleren
Start de motor en warm deze voldoende op.
1. Controleer iedere meter en waarschuwingslampje op
afwijkingen.
2. Controleer of de motor een normaal geluid en
normale trillingen produceert.
3. Controleer of de kleur van het uitlaatgas normaal is.
Kleurloze of lichtblauwe uitlaatgassen wijzen op een
complete verbranding; zwarte uitlaatgassen wijzen op
onvolledige verbranding; witte uitlaatgassen wijzen op
de verbranding van olie omdat dit in de cilinders terecht
is gekomen.
Waarschuwing!
• Als u uitlaatgassen inademt, kan dit ernstig letsel
veroorzaken. Zorg voor voldoende ventilatie als u de
motor in een gebouw of afgesloten ruimte moet starten.
• De carburateur van de benzinemotor is uitgerust met
een automatische choke die ervoor zorgt dat de motor
een tijdje stationair blijft draaien op relatief hoog
toerental.
De motor gaat met een normaal toerental draaien als
de motor warm genoeg is.
Systeem voor laden/lossen
1. Controleer de vorkinstallatie op barsten en
verbuigingen.
2. Controleer de mast op vervorming, controleer de
kettingspanning en controleer of er olie uit de cilinders
en leidingen lekt.
3. Bedien de hef- en kantelhendels om hun werking te
controleren.
Neem contact op met Prins Maasdijk voor een inspectie
als er een afwijking wordt geconstateerd.
Het stuurwiel controleren
Opmerking:
Voer een inspectie uit nadat u de motor hebt gestart.
1. Controleer de speling op het stuurwiel waarbij het
achterwiel recht vooruit staat. Zie het hoofdstuk
Onderhoudsgegevens voor de standaardspeling van
het stuurwiel.
2. Draai het stuurwiel rond en beweeg het op en
neer om te controleren of het goed vastzit.
3. Druk op de claxon om te controleren of deze normaal
klinkt.
4. Neem contact op met Prins Maasdijk voor een
inspectie als u een afwijking constateert.
Controle vóór Gebruik
36