Afb.30
3
2
4
MW-8800N003-6
Afb.31
2
1
Z
1/2 Z
1 Optimale locatie
2 Mogelijke locatie
Afb.32
7755005 - v01 - 28012020
6.2.4
Plugdiameter 4 mm / boordiameter 6 mm
1. Kies de juiste locatie voor de buitentemperatuursensor.
2. Plaats de twee pluggen die bij de sensor zijn meegeleverd.
3. Bevestig de sensor met de meegeleverde schroeven (diameter 4
4. Sluit de kabel aan op de buitentemperatuursensor.
Plaats de buitensensor op een locatie die aan de volgende kenmerken
voldoet:
2
1
H
1/2 H (min. 2,5 m)
Plaats de buitensensor liever niet op een locatie met de volgende
kenmerken:
Instellen van de buitentemperatuursensor
mm).
Aanbevolen locaties
Op een gevel van de te verwarmen ruimte, indien mogelijk op het
noorden.
Halverwege de muur van de te verwarmen ruimte.
Onder invloed van wisselende weersomstandigheden.
Beschermd tegen direct zonlicht.
Gemakkelijk toegankelijk.
1/2 H (min. 2,5 m)
H
H Bewoonde hoogte gecontroleerd door de sensor
Z Bewoond oppervlak gecontroleerd door de sensor
Afgeraden locaties
Afgeschermd door een deel van het gebouw (balkon, dak, enz.).
Dicht bij een storende warmtebron (zon, schoorsteen, ventilatierooster,
enz.).
6 Installatie
1
2
MW-8800N001-3
MW-3000014-2
33