Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Inleggen Van De Band; Telwerk Met Voorkeuze-Inrichting; Automatische Afslag; Vier Sporen - Philips N4418 Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

INLEGGEN VAN DE BAND
• Leg de volle spoel op de linker spoelschotel en de lege
spoel op de rechter spoelschotel. Zorg ervoor dat de spoelen
geheel vlak tegen de schotels liggen. Let erop dat de volle
spoel bij het afwikkelen van de band linksom moet draaien.
• Trek de toppen van de spoelassen (1) uit, draai hen een
beetje en laat hen weer op de spoelen terugspringen. De
spoelen zijn nu vastgeklemd op de spoelschotels.
• Wikkel ca. 30 cm band af, houd deze tussen beide handen
strakgespannen en leid de band om de bandspannings-
comparatoren (2) heen en door de bandgleuf (3) (fig. 6).
• Blijf de band strak houden en trek het begin door de
spleet in de bovenzijde tegen de spoelkern van de lege spoel.
• Druk het uitstekende einde op de kern en draai de spoel
met de hand linksom tot de rechter spoel de band pakt.
• Druk dan de starttoets (16), houd hem gedrukt (zie
"AUTOMATISCHE AFSLAG"), en laat de aanloopband en
de metalen strook de bandgleuf passeren. Druk daarna de
stoptoets (19) in.
TELWERK MET VOORKEUZE-INRICHTING
Maak er een gewoonte van terstond na het inleggen van een
band, het telwerk (4) (bovenste venster) op "0000" te zetten
door de nulstelknop ernaast in te drukken.
Noteer de stand van het telwerk bij het begin van elke op-
name op de index van de banddoos.
Wanneer u later een bepaalde opname snel wilt terugvinden
gaat u als volgt te werk:
• Stel met de gekartelde ringen de genoteerde telwerkstand
in op het onderste venster. N.B. Tijdens opnemen en wanneer
bij weergeven of snel spoelen de eerste ring in stand "A" staat
is de voorkeuze-inrichting uitgeschakeld, om ongewenste
onderbrekingen te voorkomen.
• Druk de vooruit- of terugspoeltoets. De band stopt nu
automatisch bij de tevoren ingestelde stand en de betreffende
opname kan worden weergegeven.
AUTOMATISCHE AFSLAG
In de bandgleuf (3) bevindt zich een schakelcontact, dat bij
het passeren van de metalen strook aan het begin en het
einde van de band, eventueel gedrukte toetsen ontgrendelt
en zo de band dus stopt.
Houd, om ontijdig stoppen te voorkomen, vóór het starten
van opnemen en weergeven de starttoets (16) of de
vooruitspoeltoets (15) gedrukt totdat de metalen strook de
bandgleuf is gepasseerd.
VIER SPOREN
Voor het gebruik van de vier sporen achter elkaar zonder
telkens terug te moeten spoelen, kunt u het gemakkelijkst
als volgt te werk gaan:
Stereo opnamen
• Zet de spoorkeuzeschakelaar(7) in de stand "ST". U
gebruikt nu de sporen 1 en 3.
• Verwissel de spoelen als de rechter spoel vol is. U gebruikt
nu de sporen 2 en 4.
Opnamen gemaakt op een twee-sporen-recorder, kunnen
zonder meer op uw recorder worden weergegeven.
Opnamen gemaakt op uw recorder, kunnen op een twee-
sporen-recorder worden weergegeven als u alleen op de
sporen 1 en 3 hebt opgenomen en de sporen 2 en 4 leeg zijn,
of omgekeerd.
Mono opnamen
• Zet de spoorkeuzeschakelaar (7) in de stand "1-4". U
gebruikt nu spoor 1.
• Verwissel de spoelen als de rechter spoel vol is. U gebruik'
nu spoor 4.
>
• Verwissel de spoelen weer als de rechter spoel vol is en zei
de spoorkeuzeschakelaar in de stand "3-2". U gebruikt nu
spoor 3.
• Verwissel voor de laatste keer de spoelen als de rechter
spoel vol is. U gebruikt nu spoor 2.
Opnamen gemaakt op een twee-sporen-recorder, kunnen
zonder meer op uw recorder worden weergegeven als de
spoorkeuzeschakelaar in de stand "1-4" wordt gezet.
Opnamen gemaakt op uw recorder, kunnen op een twee-
sporen-recorder worden weergegeven als u alleen op de
sporen 1 en 4 hebt opgenomen en de sporen 2 en 3 leeg zijn
of omgekeerd.
AANSLUITEN
Aan de voorkant van de recorder
• Aansluitbus 11: ingang voor mono microfoon voor het
linker kanaal bij stereo opnamen; voor mono microfoon bij
mono opnemen; voor stereo microfoon (op bus 12 mag dan
geen microfoon worden aangesloten) en voor telefoonspoel.
• Aansluitbus 12: ingang voor mono microfoon voor het
rechter kanaal bij stereo opnemen.
• Aansluitbus 13: uitgang voor hoofdtelefoon LBB 9901 of
N 6302. Wanneer de gleuf in de steker van de hoofdtelefoon
tegenover "+LSP" bij de aansluitbus staat, blijven ook de
luidsprekers ingeschakeld; met de gleuf in tegenovergestelde
richting worden deze uitgeschakeld.
Aan de achterkant van de recorder
• Aansluitbus 31: uitgang voor luidsprekerbox voor het
rechter kanaal.
• Aansluitbus 32: uitgang voor luidsprekerbox voor het
linker kanaal.
• Aansluitbus 33: voor de afstandsbediening N 6719 (apart
verkrijgbaar).
,
• Aansluitbus 34: uitgang voor een extra (monitor)-verster-
ker of tweede recorder wanneer u, tijdens opnemen, met de/
tweede recorder wilt mee-copiëren.
• Aansluitbus 35: ingang voor grammofoon met een HiFi
dynamisch of keramisch opneemelement. N.B. Grammofoon
versterker combinatieapparaten moeten op bus 36 of 37
worden aangesloten.
• Aansluitbus 36: ingang voor o.a. grammofoon met kristal
of keramisch opneemelement, radio, versterker, tweede
recorder en andere apparaten.
• Aansluitbus 37: gecombineerde in-/uitgang voor radio,
versterker of tweede recorder.
• Aansluitbus 38: ingang voor radio-afstemeenheid (tuner)
N.B. Radio/versterker combinatieapparaten moeten op bus
36 of 37 worden aangesloten.
Opmerkingen:
1. Wanneer de aan te sluiten apparaten niet zijn voorzien van
een verbindingskabel met steker, gebruik dan de verbindings-
kabel EL 3768/14. Voor apparaten met andere dan de DIN-
6

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave