Figuur 86
1. Vloer
2. Gaspedaal
3. Als de afstand tussen het gaspedaal en de vloer
86) groter of kleiner is dan 6,35 mm, doe dan het
volgende terwijl u de tuimelaar tegen de aanslag hoog
stationair houdt
(Figuur
•
Om de afstand te verminderen, draait u de
binnenste contramoer voor de gaskabel los en de
buitenste contramoer vast
•
Om de afstand te vergroten, draait u de buitenste
contramoer voor de gaskabel los en de binnenste
contramoer vast
Figuur 87
1. Tuimelaar
2. Aanslag hoog stationair
4. Zorg ervoor dat de contramoeren voor de gaskabel
stevig vastzitten
(Figuur
5. Houd de tuimelaar tegen de aanslag hoog stationair en
controleer de afstand tussen het gaspedaal en de vloer.
Als de afstand groter of kleiner is dan 6,35 mm, herhaal
3. Afstand van 6,35 mm
85):
(Figuur
87).
(Figuur
87).
3. Beugel van de gashendel
4. Contramoer
87).
dan stappen
de vloer 6,35 mm bedraagt.
De hoogtebegrenzer van het gaspedaal
afstellen
1. Meet de afstand tussen de achterste, onderste hoek
van het gaspedaal tot de vloer met het gaspedaal naar
boven
(Figuur
Opmerking: Schrijf deze meting op (meting 1).
(Figuur
1. Gaspedaalarm
2. Meting 1
2. Druk het gaspedaal zachtjes in totdat er geen speling
meer is tussen het gaspedaal en de gaskabel
3. Terwijl u het pedaal op zijn plaats houdt om de speling
te verwijderen, meet u de afstand tussen de achterste
onderste hoek van de gaspedaalarm en de vloer
88).
Opmerking: Schrijf deze meting op (meting 2).
4. Trek meting 2 van meting 1 af; de uitkomst is de
pedaalspeling.
Opmerking: De pedaalspeling moet 3 mm bedragen.
5. Als de pedaalspeling groter of kleiner is dan 3 mm,
doet u het volgende:
A. Draai de contramoer waarmee de gaspedaalaanslag
is bevestigd los
B. Draai de gaspedaalaanslag in de volgende
richtingen:
•
•
59
3
en
4
tot de afstand tussen het pedaal en
88).
Figuur 88
3. Meting 2
(Figuur
89).
Naar rechts om de pedaalspeling te
vermeerden
(Figuur
89).
Naar links om de pedaalspeling te verminderen
(Figuur
89).
(Figuur
88).
(Figuur