Functies - beeldscherm
Overzicht functies knoopsgat
38
1
5
2
6
3
4
7
10
036531.50.05_2015-05_Manual_B570QE-B555_NL
⦁
druk op de «knoopsgat»-toets
⦁
kies het knoopsgat
⦁
druk op het «i»-veld
Knoopsgat veranderen
1 Knoopsgatlengte programmeren
2 Knoopsgatlengte instellen
3 Handmatig knoopsgat
4 Stekenteller-knoopsgat
8
5 Afhechten
6 Knoopsgat-gleufbreedte
7 Balans
9
8 Veiligheidsprogramma
9 Naaivoetindicator
10 Naaivoetdruk
Knoopsgatlengte programmeren
►
als een knoopsgat wordt gekozen, is het veld
automatisch wit omlijnd
⦁
bepaal de knoopsgatlengte tijdens het naaien met
behulp van de «achteruit»-toets of
⦁
programmeer de in het veld 2 weergegeven lengte
direct door op dit veld te drukken
►
het veld wordt gedeactiveerd
⦁
als een nieuwe lengte moet worden
geprogrammeerd, moet opnieuw op het veld
worden gedrukt
Knoopsgatlengte instellen
Voer de knoopsgatlengte met behulp van de
steekbreedte- of steeklengteknop in. Weergave in mm.
Handmatig knoopsgat
⦁
handmatig knoopsgat in 5 of 7 stappen (afhankelijk
van het soort knoopsgat) naaien
⦁
met de pijlvelden, onder het weergegeven
knoopsgat, kan elke fase worden gekozen
Stekenteller-knoopsgat
Als de gewenste lengte van het eerste kordon is
bereikt, dient u
⦁
op de «achteruit»-toets te drukken
Als de lengte van het tweede kordon is bereikt, dient u
⦁
nogmaals op de «achteruit»-toets te drukken
►
de weergave wisselt naar «auto»
►
het knoopsgat is geprogrammeerd
Afhechten
⦁
druk voor naaibegin op het veld
►
het knoopsgat wordt aan het begin met vier
afhechtsteken afgehecht
⦁
druk tijdens het naaien van een knoopsgat op het
veld
►
het knoopsgat wordt aan het einde afgehecht
►
de naaicomputer stopt