Naald, garen
Juiste verhouding naald-garen
De draad ligt tijdens het naaien precies in de lange gleuf van de naald. Het
garen kan optimaal worden genaaid.
Garen te dun of naald te dik
Het garen ligt te los in de gleuf van de naald, er kunnen steekfouten ontstaan
of het garen kan worden beschadigd.
Garen te dik of naald te dun
Het garen schuurt langs de rand van de naaldgleuf en kan klem raken.
Hierdoor kan de draad breken.
Richtlijnen
Materiaal en garen
dunne stofkwaliteit:
fijn garen (stopgaren, borduurgaren)
halfzware stofkwaliteit:
naaigaren
zware stofkwaliteit:
naaigaren (quiltgaren, doorstikgaren)
130/705 H-S/70
1 130 schachtlengte
2
2 705 platte kolf
3 H
gleuf
1
4 S
vorm naaldpunt (hier bijv. medium ball point/gemiddelde ronde punt)
5 70
naalddikte (schachtdikte)
5
3
4
036531.50.05_2015-05_Manual_B570QE-B555_NL
Belangrijke naai-informatie
Naalddikte
70-75
80-90
100, 110, 120
17