4-weg (type Y1)
Binnenunit
Zone
"A" voor
koelen
Zone "B" voor
verwarmen
DE LUCHTRICHTING AANPASSEN (VERVOLG)
Airconditioners van het type Y1 zijn uitgerust met automatische bladen.
U kunt via de afstandsbediening de luchtrichting instellen op een specifieke hoek of op de
swingmodus.
•
Het luchtuitlaatblad kan gemakkelijk worden verwijderd en afgewassen met water.
•
Zorg ervoor dat u altijd het apparaat uitschakelt voordat u het blad verwijdert.
•
Laat het blad na het afwassen drogen en plaats het vervolgens terug met de pijl naar buiten
gericht.
Plafondtype (T1)
Verticale richtingen (automatisch)
Deze airconditioner is uitgerust met een automatisch blad. U kunt via de afstandsbediening de
luchtrichting instellen op een specifieke hoek of op de swingmodus. (Raadpleeg de beschrijving
van de afstandsbediening.)
Horizontale richtingen (handmatig)
U kunt de horizontale luchtrichting handmatig aanpassen door de verticale bladen naar links of
rechts te bewegen.
Wandtype (K1)
Verticale richtingen (automatisch)
Controleer of de afstandsbediening is ingeschakeld. Druk op de knop FLAP om het blad op en
neer te laten gaan. Druk nogmaals op de knop FLAP als u de bladbeweging wilt stopzetten om
de lucht in de gewenste richting te laten stromen. Richt het blad in de koelmodus niet naar
beneden en blijf binnen de koelingszone "A" om te voorkomen dat er condensatie op de vloer
druppelt. Zone "A" is de aanbevolen bladpositie voor koelen.
Nadat de airconditioner ongeveer één uur actief is geweest in de ingestelde luchtrichting, wordt
de richting automatisch gecontroleerd en wordt de positie van het blad gewijzigd. De
luchtrichting kan afwijken van de aanduiding op het display van de afstandsbediening.
Horizontale richtingen (handmatig)
U kunt de horizontale luchtrichting handmatig aanpassen door de verticale bladen naar links of
rechts te bewegen.
Zet het blad niet met uw handen in een andere positie.
Zet het blad niet met uw handen in een andere positie.
Zet het blad niet met uw handen in een andere positie.
69