Netwerkinstellingen
U kunt uw televisie aansluiten op
een netwerk via een bekabelde
of draadloze verbinding. Voor de
meest betrouwbare
netwerkverbinding raadt Bang &
Olufsen de bekabelde variant aan.
Bang & Olufsen raadt ook aan
dat u gebruikt maakt van een
afzonderlijke router en
toegangspunt – een Network
Link-router – voor de beste
weergave van digitale bestanden.
Neem voor meer informatie over
de netwerkinstallatie van Bang &
Olufsen contact op met uw
Bang & Olufsen-dealer.
Op sommige markten is het niet
mogelijk om een draadloze verbinding
in te stellen en moet u met een
bekabelde verbinding werken.
INTERNET
ISP
ROUTER
Voorbeeld van een eenvoudige opstelling
met kabels of draadloos.
Een bekabelde verbinding maken
Sluit één uiteinde van de ethernetkabel
aan op de router en het andere uiteinde
op de ethernetaansluiting van de televisie.
We gaan ervan uit dat u de DHCP-dienst
in uw netwerk ingeschakeld heeft.
Als de LAN-instellingen automatisch
worden uitgevoerd, wordt automatisch
een IP-adres, subnetmasker, gateway
en DNS-server toegewezen. Als de
instellingen handmatig moeten worden
uitgevoerd, of als het IP-adres,
subnetmasker, gateway en DNS-server
om de een of andere reden niet
automatisch worden toegewezen, moet
u deze informatie handmatig oproepen.
54
NAS
B&O
RECOMMENDED
ROUTER
Voorbeeld van een aanbevolen
netwerkopstelling met kabels of draadloos.
MENU
INSTELLINGEN
NETWERK
NETWERKINSTELLINGEN
> Druk op de groene knop om de LAN-
verbinding een naam te kunnen geven.*
> Druk op de middelste knop om de naam
op te slaan en terug te keren naar het
menu LAN-INSTELLINGEN.
> Beweeg de navigatieknop omlaag om
CONFIGURATIE te markeren.
> Beweeg de navigatieknop naar links of
naar rechts om HANDMATIG of
AUTOMATISCH te selecteren.
> Druk op de middelste knop om de
instelling op te slaan.
Als u HANDMATIG heeft geselecteerd voor
de configuratie, moet u een waarde invoeren
voor het IP-ADRES, het SUBNETMASKER, de
GATEWAY en DNS. Druk op de middelste
knop om de instellingen op te slaan.
*U kunt alleen Latijnse karakters gebruiken
1
om de LAN-verbinding een naam te geven.
INTERNET
ISP
ROUTER
NAS
1