3. Houd omstanders, kinderen en huisdieren uit de buurt wanneer de maaier aan
het werk is. Stop de maaier als iemand het gazon betreedt.
4. In geval van bliksem moet de perimeterdraad van het laadstation worden
losgekoppeld en moet de stekker uit het stopcontact worden gehaald.
C. Werking
WAARSCHUWING
Laat de maaier niet zonder toezicht werken als u weet dat er
huisdieren, kinderen of mensen in de buurt zijn.
1. Uw robotmaaier is een precisieapparaat. Wees voorzichtig wanneer u met de
machine werkt en volg alle veiligheidsinstructies en waarschuwingen.
2. In het geval van een ongeluk of een defect tijdens de werking moet u onmiddellijk
op de rode STOP-knop drukken (zie afbeelding op pagina 13).
3. Gebruik de maaier niet wanneer een veiligheidsvoorziening of een onderdeel
beschadigd, versleten of defect is.
4. Verwijder altijd de uitschakelsleutel (zie afbeelding op pagina 13) voordat u de
maaier optilt, blokkeringen van het maaimes en/of de aandrijfwielen verwijdert of
verstellingen uitvoert. Door de sleutel te verwijderen, worden de maaimessen en
de aandrijfmotoren uitgeschakeld.
5. Til de maaier nooit op en draag hem nooit terwijl de wielen draaien of de
maaimessen bewegen. Raak de maaimessen niet aan voordat ze volledig
gestopt zijn met draaien.
6. Gebruik de maaier alleen voor het maaien van gras.
7. Probeer nooit een veiligheidsvoorziening te omzeilen of een beschermvoorziening
of afdekking te verwijderen. Dit kan leiden tot persoonlijk letsel door contact met
de draaiende maaimessen. De sensors zijn veiligheidsvoorzieningen.
8. De maaimessen blijven maximaal twee (2) seconden draaien nadat een
veiligheids sensor is geactiveerd of de rode STOP-knop is ingedrukt. Plaats
nooit enig lichaamsdeel in het gebied van de maaimessen totdat u zeker weet
dat de maaimessen niet meer draaien.
9. Als de maaier abnormaal begint te trillen, stop dan de maaier en controleer
onmiddellijk de oorzaak. Trillingen wijzen meestal op een probleem. Trek de
uitschakelsleutel eruit om te voorkomen dat de maaier nog werkt.
10. Draag tijdens verstellingen of reparaties altijd een veiligheidsbril om uw ogen
te beschermen. Voorwerpen die worden weggeslingerd, kunnen ernstig
oogletsel veroorzaken.
11. Gebruik de maaier nooit met een beschadigde veiligheidsvoorziening,
beschermvoorziening of afdekking. Het negeren van deze waarschuwing kan
tot letsel leiden.
12. Houd uw handen en voeten ver van draaiende onderdelen en niet onder het
maaidek. Contact met een maaimes of maaimessen kan tot amputatie van
handen of voeten leiden.
6