Tabel 6. LAN-poorten op server voor Operations Console
Server
9009-41A en 9009-41G
9009-42A, 9009-42G en 9223-42H
Opmerking: Maak de eerste verbinding met de PC die rechtstreeks is bekabeld met de server. De PC
en server kunt u na het maken van de eerste verbinding opnieuw bekabelen met het netwerk en er is
een statisch adres toegewezen aan de Operations Console-poort. Een crossover-kabel is hiervoor niet
nodig. Voor meer informatie gaat u naar Adapter requirements (http://www.ibm.com/support/know-
ledgecenter/POWER9/p9hbx/hardwarereq_adapter.htm)
3. Het PC-netwerk configureren. Voer de volgende stappen uit om het PC-netwerk te configureren:
a. Open het Configuratiescherm van Windows en open de adapterinstellingen. Als u Windows 10 ge-
bruikt, selecteert u Configuratiescherm > Netwerk en internet > Netwerkinstellingen wijzigen >
Adapteropties wijzigen.
b. Schakel andere adapters dan die voor de LAN-verbinding uit.
c. Klik met de rechtermuisknop op de adapter en kies Eigenschappen.
d. Klik op Internet Protocol Version 4 (TCP/IPv4) en selecteer Eigenschappen.
Opmerking: Als u het apparaat weer in het netwerk plaatst nadat u de Operations Console hebt
ingesteld, noteert u de IP-informatie die wordt afgebeeld.
e. Selecteer Automatisch een IP-adres verkrijgen. Dit zorgt ervoor dat de PC een IP-adres ontvangt
in het bereik 169.254.x.x.
4. Voer de volgende stappen uit om de PC-firewall uit te schakelen.
Opmerking: Alle PC-firewalls moeten zijn uitgeschakeld voor de eerste verbinding.
a. Klik in het Configuratiescherm van Windows op Instellingen voor firewall en schakel de firewall
uit.
b. Klik in het Configuratiescherm van Windows op Beveiligingscentrum. Als er een firewall aanwezig
is, schakelt u deze uit.
c. Scan alle taken op de PC om te controleren of er andere softwarefirewalls aanwezig zijn en schakel
deze uit.
5. Zet de server aan met behulp van de volgende stappen:
a. Voer als volgt een IPL (initial program load) uit:
1) Zoek het bedieningspaneel van de server. Zoek naar de blauwe tab aan de voorkant van de ser-
ver. Druk het opzij en trek het bedieningspaneel langzaam naar buiten.
2) Druk op de pijl omhoog totdat 02 wordt afgebeeld, en druk op Enter.
3) Druk nogmaals op Enter. Een < (kleiner-dan-symbool) wordt naast de N afgebeeld.
4) Druk op de pijl omhoog. De N verandert in een M.
5) Druk op Enter.
6) Druk twee keer op Enter. Er wordt 02 op het bedieningspaneel afgebeeld.
b. Nadat u de server hebt ingesteld op een handmatige IPL, drukt u op de witte aan/uit-knop om de
server aan te zetten.
Opmerking: Tijdens de IPL ziet u C6004031 op het bedieningspaneel, wat aangeeft dat het systeem
zoekt naar een Operations Console. Dit kan 20-30 minuten duren. Als A6005008 wordt afgebeeld op
het bedieningspaneel, geeft dit aan dat er geen Operations beschikbaar is. Dit kan er op duiden dat het
systeem niet vooraf is geïnstalleerd met IBM i en dat u het type console op LAN moet instellen.
6. Voer deze stap uit als het systeem niet vooraf geïnstalleerd is met IBM i. Om het consoletype in te stel-
len op LAN, voert u de volgende stappen uit:
28 Power Systems: Installatie van de IBM Power System L922 (9008-22L )
Operations Console - LAN-poort
C5, C6, C7, C8, C9, C10, C11, C12
C2, C3, C4, C5, C6, C7, C8, C9, C10, C11, C12