•
Pers de keerring m.b.v. de stem-
pel (2) 1120 893 2400 in het car-
ter.
- Monteer het vliegwiel.
10
6.
Carter op lekkage
controleren
Beschadigde keerringen, pakkin-
gen, scheuren in gietdelen of op
de tussenflens veroorzaken lekka-
ge. Hierdoor kan valse lucht bin-
nendringen en de samenstelling
van het aangezogen brandstof-
luchtmengsel kan zich wijzigen.
Hierdoor wordt het afstellen van
het juiste stationair toerental be-
moeilijkt, zo niet onmogelijk ge-
maakt.
Bovendien verloopt de overgang
van stationair toerental naar deel-
of vollast niet vlekkeloos.
Met de carburateur-/cartertester
en de vacuümpomp kan worden
gecontroleerd of het carter goed
wordt afgedicht.
6.1
Voorbereiden
- Kap, carburateur en starterdek-
sel uitbouwen, zie reparatiehand-
leiding "Apparaatcomponenten
4140".
- Plaats de zuiger in het BDP
(zichtbaar via inlaatpoort).
- Controleer of de bougie goed
vastzit.
•
Breng een nieuwe pakking voor
de tussenflens aan.
1
2
•
Breng de testflens (1) 1128 850
4200 aan.
Breng de moeren (2) aan en draai
ze vast met 3,5 Nm.
Basismotor 4140
2