Onderhoud riemen
Onderhoud van de drijfriem
Drijfriem controleren
De conditie en de spanning van de drijfriem moeten
na de eerste gebruiksdag worden gecontroleerd en
vervolgens om de 200 bedrijfsuren.
1. Parkeer het voertuig op een horizontaal oppervlak,
zet de schakelhendel in de neutraalstand, stel de
parkeerrem in werking, draai het contactsleuteltje op
Off en verwijder het sleuteltje uit het contact.
2. Haal de bak op en zet deze vast met de steun.
3. Laat de riem (Figuur 52) ronddraaien en controleer
deze op overmatige slijtage of beschadigingen.
Vervang de riem indien dit nodig is.
Figuur 52
1. Drijfriem
2. Primaire koppeling
Aandrijfriem vervangen
1. Laat de drijfriem over de secundaire koppeling
ronddraaien (Figuur 52).
2. Verwijder de riem van de primaire koppeling
(Figuur 52).
3. Om de riem te plaatsen, voert u bovenstaande
procedure in omgekeerde volgorde uit.
3. Secundaire koppeling
Reiniging
Het voertuig wassen
Het voertuig moet worden gewassen als dit nodig
is. Gebruik uitsluitend water of water met een mild
reinigingsmiddel. U kunt hierbij een doek gebruiken,
maar de kap zal dan wel iets minder gaan glanzen.
Belangrijk: Gebruik geen hogedrukreiniger om
het voertuig te wassen. Daardoor kan het elektrische
systeem worden beschadigd, belangrijke stickers
losraken of noodzakelijk vet op wrijvingspunten
worden weggespoeld. Gebruik niet te veel water,
zeker niet in de buurt van het bedieningspaneel, de
motor en de accu.
39