De koptekst van het faxbericht instellen
Volg de onderstaande stappen voor het invoeren van uw naam en faxnummer
via het bedieningspaneel.
1
Druk op Menu.
2
Druk op 5 en vervolgens op 2.
Hiermee selecteert u het menu Basisfaxinstellingen en vervolgens de optie
Faxkoptekst.
3
Voer via het toetsenblok een naam in als Uw naam verschijnt
(zie Tekst invoeren op pagina 39 voor informatie over het invoeren van
tekst met het toetsenblok).
4
Druk op Enter.
5
Voer uw faxnummer via het toetsenblok in als dat wordt aangegeven.
6
Nadat u uw faxnummer hebt ingevoerd, drukt u op Enter.
Tekst invoeren
In de volgende lijst vindt u tips voor het invoeren van tekst met behulp van het
toetsenblok van het bedieningspaneel.
•
Druk op de toetsenbloknummers die overeenstemmen met de letters van
een naam.
•
Druk meerdere malen op een toets om de letter eerst als kleine letter en
vervolgens als hoofdletter weer te geven. De eerste letter van een woord is
automatisch een hoofdletter.
•
Zodra de juiste letter wordt weergegeven, drukt u op
op het nummer dat overeenkomt met de volgende letter in de naam.
Druk opnieuw meerdere malen, totdat de juiste letter wordt weergegeven.
•
Anderhalve seconde nadat u voor het laatst op een knop hebt gedrukt,
gaat de cursor automatisch naar rechts.
•
Als u een spatie wilt invoegen, drukt u op Spatie (#).
Naslaggids
ABC
Deze letters komen overeen met dit nummer, enzovoort.
2
JKL
Om dit teken te maken:
Drukt u dit aantal malen op 5:
5
De faxfuncties gebruiken
j
k
l
J
K
1
2
3
4
5
. Hierna drukt u
L
5
6
7
39