4. Configuratie
Zodra de elektrische aansluitingen gereed zijn en de accubewaker aangezet is moet deze ingesteld worden, zodat de
accubewaker geschikt is voor het systeem waarin hij gebruikt wordt.
Dit kan gedaan worden met de knoppen op de accubewaker hoofdunit of via de VictronConnect-app.
Dit hoofdstuk beschrijft hoe de accubewaker ingesteld moet worden door basis instellingen te maken. Voor alle instellingen en
functies raadpleeg hoofdstuk
Alle functies en instellingen
4.1. Installatie-assistent
De installatie-assistent wordt automatisch geopend wanneer de accubewaker voor de eerste keer opgestart wordt of na een
fabrieksreset. De installatie-assistent moet voltooid worden voordat andere instellingen kunnen worden ingesteld.
Gebruik anders de VictronConnect-app om de accubewaker in te stellen. Dit overschrijft de installatie-assistent.
1.
Het beeldscherm toont de scrollende tekst ῝accucapaciteit":
2.
Druk op een willekeurige knop om de installatie-assistent te openen. De scrollende tekst stopt en de standaard
fabriekswaarde van de accucapaciteit
3.
Gebruik de + en – knoppen om het eerste cijfer van de waarde van de accucapaciteit in te stellen. Gebruik bij voorkeur
de accucapaciteit van 20 uur (C20). Voor mee informatie over accucapaciteit, raadpleeg het
exponent [36]
hoofdstuk.
4.
Druk op SELECT om het volgende cijfer op dezelfde manier in te stellen. Herhaal deze stap totdat de gewenste
accucapaciteit wordt weergegeven.
5.
Druk op SELECT om de waarde op te slaan. Dit wordt bevestigd door een korte pieptoon.
Mocht een correctie nodig zijn, druk dan nogmaals op SELECT en herhaal de vorige stappen.
6.
Druk op de SETUP, + of – knop om de installatie-assistent te beëindigen en over te schakelen naar de normale
bedrijfsmodus.
Onmiddellijk na voltooiing van de installatie-assistent detecteert de accubewaker automatisch de nominale spanning van het
accusysteem. Voor details en beperkingen van automatische spanningsdetectie, raadpleeg het volgende hoofdstuk ???.
De accubewaker is nu klaar voor gebruik. De accubewaker is nu ingesteld voor een gemiddeld systeem met een natte,
GEL- of AGM-loodzuuraccu. Als uw systeem een accu heeft met andere chemicaliën, zoals lithium of als andere specifieke
systeeminstellingen nodig zijn, dan zijn andere instellingen van de accubewaker vereist. Raadpleeg het
instellingen [23]
hoofdstuk.
Als de installatie-assistent niet getoond wordt, d.w.z. er is geen scrollende tekst, dan kan het opnieuw
geactiveerd worden door een reset van de accubewaker uit te voeren. Houd de SETUP- en SELECT-knoppen
gelijktijdig 3 seconden ingedrukt. Dit herstelt de accubewaker naar de fabrieksinstellingen.
Houd er rekening mee dat de fabrieksinstellingen alleen kunnen worden hersteld als de instelling
vergrendelen [32]
4.2. Instellingen wijzigen
4.2.1. Instellingen via de hoofdunit
Gebruik de beeldschermknoppen om het instellingenmenu te openen en er doorheen te navigeren. Elke instelling heeft een
nummer en een naam. Bijvoorbeeld: "01 - Accucapaciteit". De volledige lijst van alle accu-instellingen en hun overeenstemmend
nummer kan gevonden worden in het
Het is ook mogelijk (en gemakkelijker) om de instellingen van de accubewaker in te stellen met behulp van de
VictronConnect-app. Raadpleeg het
Pagina 10
Handleiding - BMV-710H Smart
[23].
(200 Ah) wordt weergegeven en het eerste cijfer knippert.
op UIT staat.
Alle functies en instellingen [23]
De VictronConnect-app [11]
.
Accucapaciteit en Peukert-
hoofdstuk.
hoofdstuk over hoe je dit kunt doen.
Alle functies en
Installatie
Configuratie