a. Selecteer Opstartopties kiezen en druk op Enter.
b. Selecteer Installatie-/opstartapparaat kiezen en druk op Enter.
c. Selecteer CD/DVD en druk op Enter.
d. Selecteer het type opslagmedium dat overeenkomt met het optisch apparaat en druk op Enter.
e. Selecteer het apparaatnummer dat overeenkomt met het optische apparaat en druk op Enter.
f. Selecteer Normaal opstarten en bevestig dat u SMS wilt afsluiten.
5. De Virtuele I/O-server installeren:
a. Selecteer de console en druk op Enter.
b. Kies een taal voor de BOS-menu's en druk vervolgens op Enter.
c. Selecteer Start Install Now with Default Settings.
d. Kies Continue with Install. Het beheerde systeem wordt opnieuw gestart nadat de installatie is
voltooid en het aanmeldingsvenster wordt afgebeeld op het ASCII-werkstation.
6. Nadat u IVM hebt geïnstalleerd, accepteert u de licentieovereenkomst, controleert u op updates en
configureert u de TCP/IP-verbinding.
7. Ga verder met "Kabels van de server aansluiten uitbreidingseenheden aansluiten".
De server bekabelen met een toetsenbord, beeldscherm en muis:
Voordat u het systeem opstart, kan het nodig zijn een toetsenbord, een beeldscherm en een muis op het
systeem aan te sluiten, mits er een grafische kaart aanwezig is.
Voer de volgende stappen uit om toetsenbord, beeldscherm en muis aan te sluiten:
1. Zoek de grafische kaart en de USB (Universal Serial Bus)-poorten op, aan de achterkant van het sys-
teem. Mogelijk hebt u een stekkerconverter nodig.
2. Sluit de beeldschermkabel aan op de grafische kaart.
3. Sluit het toetsenbord en de muis aan op de blauwe USB 3.0-poorten.
4. Schakel de console in.
5. Ga verder met "Kabels van de server aansluiten uitbreidingseenheden aansluiten".
Kabels van de server aansluiten uitbreidingseenheden aansluiten
Informatie over de bekabeling van de server en het aansluiten van uitbreidingseenheden.
Voer de volgende stappen uit om de server te bekabelen en om uitbreidingseenheden aan te sluiten:
1. Voer de volgende stappen uit:
a. Sluit het netsnoer aan op de voedingseenheid.
b. Sluit de netsnoeren voor de systeemspanning en de netsnoeren voor andere aangesloten apparaten
aan op een stopcontact.
c. Als uw systeem gebruik maakt van een PDU (power distribution unit) voert u de volgende stap-
pen uit:
1) Sluit de netsnoeren van het systeem van de server en van de I/O-modules met een stekker van
type IEC 320 aan op de PDU.
2) Sluit het invoernetsnoer van de PDU aan en steek het in een stopcontact.
3) Als uw systeem gebruik maakt van twee PDU's (voor redundantie), voert u de volgende stap-
pen uit:
v Als uw systeem gebruik maakt van twee voedingseenheden, sluit u elke voedingseenheid
aan op een van de twee PDU's.
v Als uw systeem gebruik maakt van vier voedingseenheden, sluit u E1 en E2 aan op PDU A
en E3 en E4 op PDU B.
16
Power Systems: Installatie van de IBM Power System S812L (8247-21L)