10 INBEDRIJFSTELLINGSVOORSCHRIFT
10.1
In bedrijf stellen
- Schakel de elektrische voeding van het toestel uit.
- Verwijder de voormantel.
- Controleer de gasaansluiting op dichtheid.
- Controleer of de elektrische aansluiting inclusief aarding juist is uitgevoerd.
- Draai het dopje van de automatische ontluchter open (zie Afb. 02, pos. 10).
- Vul het toestel en de installatie met water (advies 1,5 bar, minimale druk 0,8 bar,
maximale druk 3 bar).
- Controleer de ingebouwde circulatiepomp; deze kan vastzitten. Eventueel met een
schroevendraaier gangbaar maken.
- Ontlucht de installatie.
- Open de elektronicakast door het los draaien van de twee schroeven.
- Vul de sifon met water.
- Controleer de rookgasafvoeraansluiting en de luchttoevoeraansluiting.
- Sluit de elektronicakast en draai de twee schroeven weer vast.
Let op bij propaan bedrijf:
Om verdere inbedrijfstelling op propaan mogelijk te maken, dient allereerst instel-
schroef 'vollast' 5½ resp. 6 slagen (Quinta 25 resp. 30) rechtsom te worden gedraaid
(1 slag = 360°), zie Afb. 27. Verder dienen de ventilatortoerentallen te worden aange-
past, volgens Tabel 17.
- Gasleiding ontluchten.
- Open de gaskraan in de gasleiding naar het toestel.
- Schakel de elektrische voeding van het toestel in.
- Stel de kamerthermostaat of de ketelregeling in op warmtevraag.
- Het toestel komt nu in bedrijf. Het bedrijfsverloop is via het 'code'-venster zichtbaar
(zie Par. 6.3).
- Controleer de juiste afstelling van de gas- / luchtverhoudingsregeling. Dit moet in
laaglast en vollast gebeuren met behulp van een elektronische O
meter op basis van O
Let op:
De opening rond de meetsonde tijdens de meting goed afdichten!
(zie Afb. 26).
2
67
-meter of CO
-
2
2