5.
Sluit de papierlade.
Het papier kan met de lange kant eerst of de korte kant eerst worden geplaatst.
6.
Stel het apparaat in om het papierformaat automatisch te registreren of voer het
formaat zelf in. Raadpleeg voor meer informatie Papierformaat in het hoofdstuk
Instellingsprocedures van de Handleiding voor de gebruiker.
OPMERKING: Welke papierformaten het apparaat registreert, is afhankelijk van de
instellingen door de getrainde operateur. Raadpleeg voor meer informatie
Papierformaatinstellingen in het hoofdstuk Instellingsprocedures van de Handleiding
voor de gebruiker.
Handmatige invoer (lade 5)
In de handmatige invoer kunt u verschillende papiersoorten gebruiken. De handmatige
invoer bevindt zich aan de linkerzijde van het apparaat. Voor grotere papierformaten is
een ladeverlenging bijgevoegd. Nadat het afdrukmateriaal in de handmatige invoer is
geplaatst, moeten de instellingen in de handmatige invoer op het aanraakscherm
overeenkomen met het papierformaat en het type afdrukmateriaal. Indien deze niet
met elkaar overeenkomen, moet er worden geherprogrammeerd. Voor meer informatie
over het programmeren van de handmatige invoer, zie Scherm [Lade 5 (handmatige
invoer)] in het hoofdstuk Kopiëren op pagina 49.
OPMERKING: Om onnodige fuser- en papierstoringen te voorkomen, is het belangrijk
dat het geprogrammeerde papierformaat en de papiersoort hetzelfde zijn als het
geplaatste afdrukmateriaal.
1.
Plaats het papier netjes in de
handmatige invoer en let erop
dat de papierstapel in het
midden van de lade ligt.
OPMERKING: Maak de
papierstapel niet hoger dan de
maximumvullijn.
OPMERKING: Plaats bij het
enkelzijdig/tweezijdig kopiëren op geperforeerd papier eerst de niet-geperforeerde
zijde van het papier. Als u de geperforeerde zijde eerst plaatst, kan dit mogelijk een
papierstoring veroorzaken.
Xerox CopyCentre/WorkCentre/WorkCentre Pro 123/128/133 Beknopte referentiehandleiding
Lange kant eerst
Korte kant eerst
(LKE)
(KKE)
Papier plaatsen
93