Inhoudsopgave
Advertenties
5
Druk op de knop EXEC.
Het kwaliteitscontrolepatroon wordt afgedrukt.
Wanneer het afdrukken voltooid is, wordt op het
LCD-scherm van de printer de afdrukdichtheid
weergegeven die is verkregen door automatische
meting van de afdrukdichtheidscontrolekaart.
Gebruik deze dichtheidslijst voor de
dichtheidsbasisinstellingen (pagina 53) en de
afdrukdichtheidscontrole (pagina 54).
Configuratie van het
kwaliteitscontrolepatroon
Het kwaliteitscontrolepatroon bestaat uit de volgende vier
gebieden.
A
Invoerveld voer implementatiedatum en -tijd
Voer de datum en tijd in van de controle.
B
Controlegebied voor ruimtelijke resolutie en
extreem lage/hoge gradiënt
Hier kunt u de ruimtelijke resolutie controleren met
witte vierkanten op een donkere achtergrond en
zwarte vierkanten op een lichte achtergrond. De
buitenrand van de achtergrond van de vierkanten
wordt afgedrukt in twee dichtheidsniveaus, zodat u de
reproduceerbaarheid van extreem lage en hoge
gradiënten kunt controleren.
C
Controlegebied voor afdrukdichtheid
De volgende vijf typen dichtheidsstappen worden
weergegeven.
Stap 1: Maximale dichtheid (Dmax)
Stap 2: Hoge dichtheid (HD)
Stap 3: Middelmatige dichtheid (MD)
Stap 4: Lage dichtheid (LD)
Stap 5: Minimale dichtheid (Dmin)
Er is een veld waarin u de dichtheid van elke stap kunt
invoeren en een veld om de verschildichtheidswaarde
(Difference Density - DD) in te voeren die u krijgt
door de dichtheid van stap 4 af te trekken van die van
stap 2. In dit gebied voert u de verschillende
dichtheidswaarden in die worden weergegeven op het
LCD-scherm van de printer nadat u het
kwaliteitscontrolepatroon hebt afgedrukt.
Opmerking
De dichtheidswaarden die op het LCD-scherm van de
printer worden weergegeven, kunnen afwijken van de
waarden die in de winkel verkrijgbare
dichtheidsmeters opleveren. Wanneer u de
afdrukdichtheid controleert, gebruik dan de
dichtheidswaarden die op het LCD-scherm van de
printer worden weergegeven.
D
Controlegebied voor aspect
Let op vervorming in de afdrukresultaten.
A
Controleprocedure
B
Basisdichtheidsinstellingen
Controlefrequentie
Elke keer dat nieuwe film wordt geladen.
Instellingsprocedure
C
1.
Voer automatische kalibratie van de afdrukdichtheid
uit zoals beschreven onder "De afdrukdichtheid
kalibreren" (pagina 31).
D
Handleiding voor kwaliteitscontrole voor mammografie
53
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
