5.1.8. AANPASSING AAN EEN ANDERE GASSOORT
In de tabel B "technische gegevens/sproeiers" wordt het type
sproeier vermeld waarmee de door de fabrikant geïnstal-
leerde sproeiers moeten worden vervangen (het nummer is
in het sproeierlichaam gestanst). Controleer aan het einde
van de procedure de hele volgende controlelijst:
Check
• vervanging brandersproeier(s)
• correcte afstelling van de primaire luchttoevoer
naar de brander(s)
• vervanging sproeier(s) waakvlambrander
• vervanging schroef/schroeven van het minimum
• correcte afstelling waakvlambrander(s) indien
nodig
• correcte afstelling voedingsdruk
(zie tab. technische gegevens/sproeiers)
• breng het (bijgeleverde) zelfklevende plaatje aan
met de gegevens van de nieuwe gebruikte
gassoort
5.1.8.1 VERVANGING VAN DE SPROEIER VAN DE
HOOFDBRANDER VAN DE KOOKPLAAT
•
Draai de schroef "A" en de sproeier "C" los.
•
Verwijder de sproeier en de beluchter (Fig.3A).
•
Vervang de sproeier "C" door de sproeier die correspon-
deert met de gewenste gassoort, volgens de in tabel B
vermelde gegevens.
•
De diameter van de sproeier wordt in honderdste millime-
ters vermeld op het lichaam ervan.
•
Steek de sproeier "C" in de beluchter "E", breng de twee
samen gemonteerde componenten weer op hun plaats
aan en schroef de sproeier helemaal vast.
5.1.8.2 VERVANGING VAN DE SPROEIER VAN DE
WAAKVLAMBRANDER
• Schroef de sproeier "A" los en vervang hem door de
sproeier die overeenkomt met de gewenste gassoort en
houdt u aan de gegevens uit tabel "B", fig. 3C.
• Het nummer dat de sproeier identificeer t wordt
aangegeven op het lichaam ervan.
• Draai de schroefverbinding "H" weer vast.
5.1.8.3
VERVANGING VAN DE SPROEIER VAN DE
HOOFDBRANDER (voor alle uitvoeringen - fig. 3B)
• Draai de schroefverbinding "H" los en vervang de sproeier
"G" door de sproeier die geschikt is voor de gassoort.
• Het nummer dat de sproeier identificeert wordt aange-
geven op het lichaam ervan.
• Monteer het verbindingsstuk "H" en de bijbehorende
borgring weer.
5.2. ELEKTRISCHE APPARATEN
5.2.1. ELEKTRISCHE AANSLUITING (Fig. 4A-Tab.A).
WAARSCHUWING! Alvorens de aansluiting uit te voeren,
dient te worden gecontroleerd of de gegevens op het plaatje
overeenstemmen met de netspanning en -frequentie.
• Om toegang te krijgen tot het klemmenbord moet het
bedieningspaneel van het apparaat worden gedemonteerd
door de bevestigingsschroeven los te halen (fig. 4A 1-2).
• Sluit het elektrische snoer aan op het klemmenbord zoals aangegeven
wordt op het bij het apparaat geleverde schakelschema.
• Blokkeer het elektrische snoer door middel van de kabelklem.
(fig.3A)
(uitvoering met leidingen - fig. 3C)
WAARSCHUWING! De fabrikant kan op geen enkele wijze
aansprakelijk gesteld worden als de voorschriften voor
ongevallenpreventie niet in acht genomen worden.
5.2.2. ELEKTRISCH SNOER
Tenzij anders aangegeven, zijn onze apparaten niet voorzien van een
elektrisch snoer. De installateur dient een buigzame kabel te gebruiken
Ok
met eigenschappen die niet minder zijn dan die van het type met rubberen
isolatie H05RN-F . Bescherm het gedeelte van het snoer buiten het
apparaat met een niet buigzame metalen of kunststof buis.
5.2.3. VEILIGHEIDSSCHAKELAAR
Installeer een veiligheidsschakelaar vóór het apparaat. De
eigenschappen van de opening tussen de contacten en de
maximum lekstroom dienen in overeenstemming te zijn met
de geldende voorschriften.
5.3. AARDING EN EQUIPOTENTIAALKNOOP
Sluit het apparaat aan op een geaard stopcontact; neem het
vervolgens op in een equipotentiaalknoop door middel van
de schroef onder het frame aan de voorkant rechts. De
schroef is gemarkeerd met het symbool
De maximale lekstroom van het apparaat bedraagt 1 mA/kW.
6. VEILIGHEIDSTHERMOSTAAT
Sommige modellen van onze apparaten hebben een
veiligheidsthermostaat die automatisch ingeschakeld wordt
wanneer er temperaturen worden geconstateerd die hoger
zijn dan de van te voren bepaalde waarde, zodat de gas-
toevoer (gasapparaten) of de elektrische voeding (elektri-
sche apparaten) wordt afgesloten.
6.1. TERUGSTELLING
• Wacht tot het apparaat is afgekoeld: 90°C is bij benade-
ring een geschikte temperatuur voor de terugstelling.
• Druk op de rode knop op het lichaam van de veiligheids-
thermostaat.
WAARSCHUWING! Als er voor de terugstelling een bescher-
ming moet worden gedemonteerd (bv.: bedieningspaneel)
dan moet dit gedaan worden door een gespecialiseerde
technicus. Als de veiligheidsthermostaat onklaar gemaakt
wordt, komt de garantie te vervallen.
7. VERVANGING ZEKERING
De veiligheidszekering van de elektrische installatie bevindt
zich in het bedieningspaneel. Om hem te vervangen moet
de dop van de zekeringhouder worden losgeschroefd, en
moet de zekering naar buiten worden getrokken.
8.
AVANT
OPÉRATIONS D'INSTALLATION
Contrôler tous les raccords avec de l'eau et du savon pour
vérifier l'absence de fuites de gaz. Ne pas utiliser une
flamme vive pour détecter la fuite de gaz. Allumer tous les
brûleurs seuls ou ensemble, pour vérifier le fonctionnement
correct des vannes de gaz, des feux et de l'allumage. Pour
chaque brûleur, mettre le régulateur de flamme sur la
position la plus basse, seul ou ensemble; après avoir
terminé les opérations, l'installateur doit informer l'utilisateur
sur le mode d'emploi correct. Si l'appareil ne fonctionne pas
correctement, après tous les contrôles, contacter le centre
d'assistance locale.
.
DE
TERMINER
LES