Machinerichtlijn 2006/42/EG en de geharmoniseerde technische referentienormen worden aangegeven in de algemene productencatalogus van CAME of op de website www.came.com. • Controleer of de installatieplek geschikt is voor het aangegeven temperatuurbereik. • Zorg ervoor dat het product op zijn installatieplek niet nat wordt gemaakt door directe waterstralen (sproeisystemen, hogedrukreinigers, etc.).
Pagina 3
• Gebruik geschikte beveiligingsinrichtingen om mogelijke mechanische risico's te vermijden als gevolg van de aanwezigheid van personen binnen het bewegingsgebied van de automatisering. • De elektrische kabels moeten door daarvoor bestemde buizen, geleiders of goten worden geleid teneinde geschikte bescherming tegen mechanische schade te garanderen. • De elektrische kabels mogen niet in contact komen met onderdelen die tijdens de werking heet kunnen worden (bijvoorbeeld: motor en transformator).
ONTMANTELING EN AFVALVERWERKING CAME S.p.A. is houder van het ISO-certificaat voor milieumanagement UNI EN ISO 14001 en past deze norm toe in zijn fabrieken om het milieu te beschermen. CAME beschouwt milieubehoud als een van de steunpilaren van zijn bedrijfs- en...
002ZLJ24Z Multifunctionele stuurkast voor draaihekken met twee vleugels, met grafisch programmerings- en weergavedisplay en zelfdiagnose van de veiligheidsinrichtingen. Technische specificaties MODELLEN ZLJ24 Motorvoeding (V) 24 DC Voeding printplaat (V) 24 AC Verbruik in stand-by (W) Vermogen (W) Thermische beveiliging transformator (°C)
Beschrijving van de onderdelen Transformator Klemmenbord voor de aansluiting van de eindaanslagen Led die de aanwezigheid van spanning aangeeft Klemmenbord voor de aansluiting van de bedieningen en Display beveiligingen Programmeringstoetsen Klemmenbord voor de aansluiting van de motor Trimmers voor de instelling van de displayverlichting Klemmenbord voor de aansluiting van de encoder Indicatieled programmeringsstatus Klemmenbord voor de voeding...
Afmetingen Kabelsoorten en minimale diktematen Kabellengte (m) tot 20 20 tot 30 Voeding 230 V AC 3G x 1,5 mm² 3G x 2,5 mm² Knipperlicht 24 V AC/DC 2 x 0,5 mm² 2 x 0,5 mm² TX fotocellen 2 x 0,5 mm² 2 x 0,5 mm²...
INSTALLATIE De stuurkast gereedmaken Haal de onderdelen van de stuurkast uit elkaar. Druk de scharnieren in elkaar. Steek de scharnieren in de behuizing (aan de rechter- of linkerkant, naar keuze) en zet ze vast met de meegeleverde schroeven en borgringen. De scharnieren schuiven om te draaien. Boor in de voorgevormde gaten.
Pagina 9
De stuurkast bevestigen Boor op een beschermde plek de bevestigingspunten voor de stuurkast. Bevestig de basis met schroeven en pluggen. Het wordt aanbevolen bolverzonken schroeven met kruisgleuf (max. diameter 6 mm) te gebruiken. Plaats de wartels met de ribbelbuizen voor de doorgang van de elektriciteitskabels.
ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN De elektriciteitskabels gereedmaken Voer de elektrische aansluitingen uit volgens de geldende bepalingen. Gebruik kabelklemmen om de apparaten aan de stuurkast aan te sluiten. Eén hiervan moet uitsluitend voor de voedingskabel worden gebruikt. 230V 230V 24 12 0 24 12 0 S1 GND B1 B2 ENC1...
Voeding Aansluiting aan het elektriciteitsnet (120/230 V AC - 50/60 Hz) Uitgang voeding voor uitrustingen De uitgang levert doorgaans 24 V AC. De uitgang levert 24 V DC als de batterijen, indien aanwezig, ingrijpen. De som van de stroomopnames van de verbonden uitrustingen mag niet hoger zijn dan 50 W. Aansluiting elektrisch slot 12 V AC - max 15 W 10 11 TS E ES 1 2 3 3P 4 5 7 CX CY CZ Maximale belastbaarheid van de contacten...
Motor met eindaanslagen Motor vertraagd bij openen Motor vertraagd bij sluiten M1 N1 E1 M2 N2 E2 2 FA1 FC1 FA2 FC2 Motor met encoder Motor vertraagd bij openen Motor vertraagd bij sluiten M1 N1 E1 M2 N2 E2 AMICO-AXO-FROG-J-MYTO-ATS M1 N1 E1 + E - M2 N2 E2 + E - F4000-FAST-FERNI-FROG Groene kabel...
Pagina 13
Bedieningsapparatuur Stopknop (N.C.-contact) Stopt het hek en deactiveert de eventuele automatische sluiting. Gebruik een bediening om de beweging te hervatten. Als het contact niet wordt gebruikt, moet het tijdens de programmering gedeactiveerd worden. Bediening (N.O.-contact) Functie ALLEEN OPENEN Met functie [ACTIE BEHOUDEN] geactiveerd, is het aansluiten van de bediening tijdens de OPENING verplicht. Bediening (N.O.-contact) Functie GEDEELTELIJKE OPENING Bediening (N.O.-contact)
Signaleringsapparatuur Knipperlicht Knippert tijdens het openen en sluiten van de automatisering. Extra lamp Voor een betere verlichting van de bewegingsruimte. Lampje automatiseringsstatus Geef de status van de automatisering aan. 10 11 TS E ES 1 2 3 3P 4 5 7 CX CY CZ Veiligheidsapparatuur Configureer tijdens de programmering het type actie dat moet worden uitgevoerd door het aan de ingang aangesloten apparaat.
Pagina 15
Fotocellen DIR / DELTA-S Fotocellen DIR / DELTA-S Standaardaansluiting Aansluiting met veiligheidstest Zie de functie veiligheidstest. 10 11 TS E ES 1 2 3 3P 4 5 7 CX CY CZ 10 11 TS E ES 1 2 3 3P 4 5 7 CX CY CZ 2 TX C NC TX 2 2 TX C NC...
PROGRAMMERING Functie van de programmeringstoetsen Toets ESC Met de ESC-toets kunt u de hierna beschreven verrichtingen uitvoeren. Verlaat u de menu's Annuleert u wijzigingen Keert u terug naar het vorige scherm Toetsen < > Met de toetsen < > kunt u de hierna beschreven verrichtingen uitvoeren. Kunt u door de menu-items navigeren Stelt u een hogere of lagere waarde in Toets ENTER...
Automatische sluiting Om de automatische sluiting te activeren. [FUNCTIONS] [Automatic Cls.] [Deactivated] [Activated] (default) Hold-to-run Met deze functie actief wordt de beweging van de automatisering bij het openen (instructie 2-3) of sluiten (instructie 2-4) onderbroken als de bediening wordt losgelaten. De activering van de functie deactiveert alle andere bedieningen.
Pagina 18
Totale stop Stopt het hek en deactiveert de eventuele automatische sluiting. Gebruik een bediening om de beweging te hervatten. [FUNCTIONS] [Total Stop] [Deactivated] [Activated] (default) Ingang CX Koppelt een functie aan de ingang CX. [FUNCTIONS] [CX Input] [Deactivated] [C1] = Weer openen tijdens het sluiten (fotocellen)(default) [C2] = Weer sluiten tijdens het openen (fotocellen)
Ingang CZ Koppelt een functie aan de ingang CZ. [FUNCTIONS] [CZ input] [Deactivated] [C1] = Weer openen tijdens het sluiten (fotocellen)(default) [C2] = Weer sluiten tijdens het openen (fotocellen) [C3] = Gedeeltelijke stop Alleen met [Autom. sluiting] actief. [C4] = Wachten voor obstakel (fotocellen) [C7] = Weer openen tijdens het sluiten (veiligheidslijsten)
Pagina 20
Instructie 2-7 Voor de koppeling van een instructie aan het apparaat verbonden aan 2-7. [FUNCTIONS] [Command 2-7] [Open-Close] (default) [Op. Stop Cl.] Instructie 2-3P Voor de koppeling van een instructie aan het apparaat verbonden aan 2-3P. [FUNCTIONS] [Command 2-3P] [Partial] De openingswijdte van de vleugel wordt ingesteld met de functie [Partial op.] in het menu [SET...
Obstakel vrijgeven Als de veiligheidslijst of de amperometrische sensor van de printplaat een obstakel detecteert, wordt de bewegingsrichting omgekeerd om voldoende ruimte te creëren voor het vrijmaken van het obstakel. Als de functie gedeactiveerd is, wordt de beweging omgekeerd tot de eindaanslag wordt bereikt. [FUNCTIONS] [Free obstacle] [Deactivated] (default)
Pagina 22
Amperometrische gevoeligheid De functie verschijnt alleen als de functie [Encoder] wordt gedeactiveerd. Met deze functie gedeactiveerd stoppen de vleugels bij detectie van een obstakel. Voor het beheer van de gevoeligheid waarmee obstakels worden gedetecteerd. Afhankelijk van de parameter die is ingesteld bij de functie [Config], zijn er bij detectie van een obstakel verschillende werkingen.
Pagina 23
Vertragingspunt bij het openen van M1 Stelt het beginpunt van de vertraging tijdens het openen van M1 in (percentage van de totale baan). Deze functie verschijnt alleen als de functie [Enc. Slwdwn] geactiveerd is. [ENCODER] [M1 Op. Slwdwn %] 1% tot 60% (default 10%) Deze functie verschijnt alleen als de parameter [ENCODER] in de functie [Config] geactiveerd is.
Pagina 24
Naderingspunt bij het openen van M1 Stelt het beginpunt van de nadering tijdens het openen van M1 in (percentage van de totale baan). [ENCODER] [M1 OP Appr. %] 1% tot 15% (default 15%) Deze functie verschijnt alleen als de parameter [ENCODER] in de functie [Config] geactiveerd is.
Pagina 25
Deze verrichting kan alleen uitgevoerd worden met een zender of een andere bediening. De kaarten die de bedieningen beheren (AF - R700 - R800) worden op de connectoren geplaatst. Download van het portaal docs.came.com het document LIJST MET GEREGISTREERDE GEBRUIKERS. Voer L20180423 in.
Code wijzigen Hiermee kan de code van een aan een gebruiker gekoppelde bediening gewijzigd worden. [USERS] [Edit Code] Gekoppelde functie Koppelt een functie aan een gebruiker. [USERS] [Associated Funct.] [2-7] (Instructie stap-voor-stap of sequentieel) [Opens] [B1-B2] [2-3P] (Gedeeltelijke of voetgangersopening) Gebruiker verwijderen Verwijdert een opgeslagen gebruiker.
[INFO] [Number of Runs] Startbericht Om het startbericht te wijzigen. [INFO] [Open. Msg.] [WWW.CAME.COM] (default) Druk op ENTER om het startbericht te wijzigen. Gebruik de ENTER-toets om de cursor vooruit te bewegen. Gebruik de ESC-toets om de cursor terug te bewegen.
Pagina 28
Wachtwoord Hiermee kan een wachtwoord van 4 cijfers worden ingesteld om toegang te krijgen tot het hoofdmenu. [Password] [Confirm? (no)] [Confirm? (yes)] Gebruik de pijltoetsen om een nummer te selecteren. Druk op ENTER om te bevestigen. Herhaal het wachtwoord. Wachtwoord wijzigen Hiermee kan het wachtwoord worden gewijzigd.
FOUTMELDINGEN Encoder - FOUT De encoder is niet aangesloten. De encoder is defect. Fout! De encoder is niet aangesloten. De encoder is defect. Veiligheidstest - FOUT De fotocellen zijn niet aangesloten of niet goed geconfigureerd. Eindaanslag - FOUT Storing van de contacten van de eindaanslagen. Werkingsduur - FOUT De maximale ingestelde bedrijfsduur is afgelopen.