Wielen: spoorbreedte / schraper
De wielen van de drilmachines hebben in
de uitleverstatus een verhoogde luchtdruk.
Vóór het eerste gebruik de wielen op de
aangegeven luchtdruk instellen: 6.00 – 1,2
bar 10.0/75-15.5 – 0,8 bar.
Wielen: op een sterk klevende bodem
kan de afstand tussen wiel en frame door
het omdraaien van de wielen vergroot
worden (afb. 6); het wiel loopt dan bij het
aansluitrijden nogmaals in hetzelfde spoor.
De transportbreedte bij "eco 300" bedraagt
dan meer dan 3 m, en bijgevolg moeten
de wielen voor het transport opnieuw
omgedraaid worden.
Wielschraper: naargelang de wielen en
hun positie passend instellen. Bij de
montage van het wiel de opgetilde machine
bijkomend ondersteunen!
Transportpositie
6
Het deksel van de zaadkast sluiten.
De afdraaibare ledigingbakken in hoge
positie veilig insluiten (7/1).
De sporenmaker inklappen en vaststeken
(8/1).
1
De markeerder van de rijdvlakken naar
boven plaatsen – stekker (9/1).
Op de perfecte egge een tandbescherming
aanbrengen (bijkomende uitrusting) en aan
beide kanten de buitenste egge-elementen
afnemen (56/2).
De afstelsteun naar boven brengen.
7
De onderste stuurinrichting van de tractor
zijdelings arreteren.
De verlichtingsinrichting en de
waarschuwingsborden aanbrengen (volgens
StVZO; zie afb. 7).
De transportaanwijzingen op pagina 29 in
acht nemen!
1
1
8
9
Technische veranderingen voorbehouden
11.2003
9