Inhoudsopgave
Advertenties
► Opstarten bij koude omstandigheden. Indien ruimteverwarming start bij een
koud systeem en een lage buitentemperatuur is opstarten via de buitenunit
niet mogelijk. In dat geval zal er gestart worden met ruimteverwarming via
de back-up heater. De minimale watertemperatuur waarmee gedraaid kan
worden op de buitenunit is afhankelijk van de flow:
Flow (l/m)
10
12,5
15
17,5
>20
5.5.8
Ontdooifunctie/Tapwater correctie
Indien het systeem bezig is met het opwarmen van het boilervat t.b.v. de
ontdooifunctie of tapwater levering kan niet tegelijkertijd warmte aan het
systeem geleverd worden. Om CV comfort problemen te voorkomen is het
systeem voorzien van een watertemperatuur compensatie op basis van het
tapwater gebruik van de afgelopen 24 uur. In geval van de ontdooifunctie is er
voorzien in een compensatie op basis van de afgelopen 2 uur.
5.5.9
Defrost (ontdooifunctie)
Wanneer de verdamper van de buitenunit is dichtgevroren zal de buitenunit
deze automatisch gaan ontdooien. Het koelcircuit wordt daarbij omgekeerd,
zodat het systeem warmte kan onttrekken aan het CV circuit.
5.5.10 Vorstbeveiliging
Om te voorkomen dat het water in het leidingwerk bevriest zal de
CV-pomp op laag vermogen gaan draaien als de buitentemperatuur
onder een bepaalde waarde komt (indien er op dat moment geen
CV of tapwater warmtevraag is). Deze minimale temperatuur
is afhankelijk van de installatie en staat ingesteld op 7°C. Zodra de
buitentemperatuur boven 8°C is, stop de vorstbeveiliging.
De buitenunit schakelt in indien de systeemwater temperatuur langer dan 10
minuten onder 10°C blijft. De buitenunit schakelt uit zodra het systeemwater
een temperatuur van 15°C bereikt heeft. Indien buitenunit niet voldoende
warmte kan leveren zal na een wachttijd de back-up heater inschakelen ter
ondersteuning van de vorstbeveiliging. De wachttijd is ingesteld op 30 minuten.
Daarnaast zijn er Exogels™ (zie §6.5 en §8.1 appendage V08) voorgeschreven,
die bij een temperatuur onder 4°C het systeem laten leeglopen.
5.5.11 Tapwater warmtewisselaar
Ten behoeve van een verhoogd comfort op tapwater is er een warmtewisselaar
functie ingebouwd. Dit houdt in dat bij een tapwater vraag de CV-pomp
ingeschakeld kan worden zodat het water reeds voorverwarmd, door warmte
uit het vloerverwarmingcircuit, het boilervat instroomt. Hoeveel de vloer mag
worden afgekoeld is afhankelijk van of er op de dag verwarmd is of niet. Als er
niet is verwarmd, gaat het systeem er van uit dat er passief gekoeld kan worden.
► Als er is verwarmd op een dag, dan kan het vloerverwarmingrcircuit niet
verder worden afgekoeld dan de ingestelde temperatuur op de thermostaat.
► Als er niet is verwarmd op een dag, dan kan er passief gekoeld worden en
mag het water een aantal graden onder ingestelde temperatuur worden
afgekoeld.
5.5.12 Pomp onderhoud
Ter voorkoming van het gaan vastzitten van de pomp(en) is de functie pomp
onderhoud ingebouwd. Dit houdt in dat beide pompen 1x per 24 uur voor een
bepaalde korte tijd gaan draaien.
Parameter P003 (CV aanwezig) dient op "1" ingesteld te staan.
Parameter P004 (Tapwater aanwezig) dient op "1" ingesteld te staan.
Minimale watertemperatuur (°C)
21
18.5
16.5
15
14
23
Advertenties
Inhoudsopgave
