De regeling voor ruimteverwarming is gebaseerd op de gemeten
buitentemperatuur met ruimtetemperatuur compensatie van de
kamerthermostaat. De stooklijn dient zodanig te worden ingesteld
zodat bij elke buitentemperatuur de juiste watertemperatuur
wordt gevraagd. Door gebruikmaking van ruimtetemperatuur
compensatie houdt de regeling, in de ruimte waar de thermostaat
zich bevindt, rekening met externe invloeden, zoals instraling van
zonlicht (zonwarmte) of interne warmtebronnen.
Ruimteverwarming (CV) zal starten als:
► de gemiddelde buitentemperatuur (etmaal gemiddelde) lager is
dan de ingestelde kamertemperatuur (minus de stookgrens); De
stookgrens is instelbaar met parameter P181 en
► de gemiddelde kamertemperatuur langer dan 6 uur meer dan
0,5°C onder de ingestelde kamertemperatuur ligt en
► de gemiddelde etmaal kamertemperatuur lager is dan de
ingestelde kamertemperatuur plus de maximale overshoot,
instelbaar met parameter P182;
Nadat ruimteverwarming is gestart zal eerst de CV-pomp kort op
laag vermogen draaien. Dit geeft het systeem de mogelijkheid om
de actuele systeemtemperatuur vast te stellen. Het vermogen is
instelbaar met parameter P184. Tijdens actief verwarmen draait de
CV-pomp op hoger vermogen, instelbaar met parameter P183.
Vervolgens controleert het systeem de toestand van de
kamerthermostaat.
Ondersteuning back-up heater tijdens ruimteverwarming.
Tijdens ruimteverwarming kan het nodig zijn dat de back-up heater
ondersteuning geeft. Dit kan voorkomen in de volgende gevallen:
► De buitenunit kan niet voldoen aan de warmtevraag.
Voordat de ondersteuning vanuit de back-up heater geactiveerd
wordt, dient parameter P187 op "1" ingesteld te zijn. De
buitentemperatuur dient lager te zijn dan waarde parameter
P188. Er wordt eerst 1 back-up heater ingeschakeld, vervolgens
zal (na een wachttijd) indien noodzakelijk achtereenvolgens de
2ᵉ en 3ᵉback-up heater ingeschakeld worden, afhankelijk van
parameter P007.
► Er is storing in de buitenunit of in de communicatie tussen
buitenunit en binnenunit. In dit geval zal de back-up heater de
volledige verwarmingstaak overnemen. Voordat de back-up
heater inschakelt zal er eerst een wachttijd (1 uur) verstrijken,
waarin het systeem eerst tracht de storing op te lossen. Het
aantal back-up heaters dat ingeschakeld wordt is instelbaar met
parameter P209.
5.5.4
Ruimtekoeling
Het systeem is in staat om naast verwarmen ook ruimte(s) te
koelen. De watertemperatuur zal in deze modus een aantal
graden onder de gemiddelde kamertemperatuur geregeld
worden. De displayweergave wordt gekenmerkt door:
► Het tonen van de power LED. [ ]
► Het tonen van de sinus. De warmtepomp is ingeschakeld. [ ]
► Het tonen van het radiator symbool. [ ]
► Het tonen van de "C" (Cooling) op het rechterdisplay.
Ruimteverwarming (CV)
Ruimtekoeling
19