De batterijstatus controleren
Wanneer u de batterijstatus wilt controleren, moet u de statusknop op de ladingsmeter indrukken en
loslaten om de ladingsniveaulichtjes te laten branden. Elk lampje vertegenwoordigt ongeveer 20 procent
van de totale batterijlading. Als er bijvoorbeeld vier lampjes branden, resteert er nog tachtig procent van
de lading. Als er geen lampjes branden, is de batterij leeg.
De gezondheid van de batterij controleren
OPMERKING:
De gezondheid van de batterij kan op twee manieren worden gecontroleerd: door de ladingsmeter
te gebruiken zoals hieronder wordt beschreven, of door de batterijmeter te gebruiken in Del QuickSet. Voor
informatie over QuickSet klikt u met de rechtermuisknop op het pictogram
Wanneer u de gezondheid van de batterij met de ladingsmeter wilt controleren, moet u de statusknop op de
ladingsmeter minstens 3 seconden ingedrukt houden. Als er geen lampjes gaan branden, verkeert de batterij in
een goede conditie, en heeft deze nog meer dan 80 procent van zijn oorspronkelijke oplaadcapaciteit. Elk lampje
geeft een afnemende conditie aan. Als er vijf lampjes gaan branden, is er minder dan 60 % van de oorspronkelijk
oplaadcapaciteit over, en kunt u de batterij het beste vervangen. Zie "Specificaties" op pagina 161 voor meer
informatie over de werkingsduur van de batterij.
Waarschuwing dat batterij bijna leeg is
KENNISGEVING:
U voorkomt dat gegevens beschadigd raken of verloren gaan, moet u uw werk direct opslaan
als u een waarschuwing ontvangt dat de batterij bijna leeg is en de computer aansluiten op een stopcontact. Als de
batterij volledig leegraakt, wordt automatisch de slaapstand geactiveerd.
Er verschijnt standaard een pop-upvenster met de waarschuwing dat de batterij voor bijna 90 procent leeg is.
Het is mogelijk de instellingen voor de batterijwaarschuwingen te wijzigen. Zie "De energiebeheerinstellingen
configureren" op pagina 45 voor informatie over het openen van QuickSet of het venster Eigenschappen voor
Energiebeheer.
Batterijstroom besparen
Voer de onderstaande acties uit om batterijstroom te besparen:
•
Sluit de computer aan op een stopcontact indien mogelijk, omdat de levensduur van de batterij
grotendeels wordt bepaald door het aantal keren dat deze wordt gebruikt en wordt opgeladen.
•
Zet de computer in de stand-by-modus of in de slaapstand wanneer u deze voor een langere tijd niet
gebruikt. Zie "Energiebeheermodi" op pagina 44 voor meer informatie over de stand-by-modus en de
slaapstand.
•
Gebruik de wizard Energiebeheer om opties te selecteren om het energiegebruik van de computer te
optimaliseren. Deze opties kunnen bovendien zo worden ingesteld dat ze worden gewijzigd wanneer u op de
aan/uit-knop drukt, het scherm dichtklapt of op <Fn><Esc> drukt. Zie "De energiebeheerinstellingen
configureren" op pagina 45 voor meer informatie over het gebruik van de wizard Energiebeheer.
OPMERKING:
Zie "Batterijprestaties" op pagina 41 voor meer informatie over het besparen van batterijstroom.
op de taakbalk en daarna op Help.
Batterijen gebruiken
43