Opbouw en functie
Elektrodelassen
5.11.4 Antistick
5.11.5 Pulslassen
Laseigenschappen van elektrode impulslassen:
•
zeer geschikt voor lassen van grondnaden
•
bij deklagen van fijnschilferachtige naadoppervlakken in TIG-optiek
•
minder nabewerkingen en daardoor minder spetters
•
zeer geschikt voor moeilijke elektroden
•
uitstekende overbrugging van lasvoegen zonder grondnaaddoorhang
•
minder kromtrekking door ongecontroleerde warmte-inbreng
I/A
Ipuls
AMP
IPP
AMP = hoofdstroom; bijv. 100 A
IPL = pulsstroom = IP1 x AMP; bijv. 170 % x 100 A = 170 A
IPP = pulspauzestroom
Tpuls = duur van een pulscyclus = 1/FrE; bijv. 1/1 Hz = 1 sec.
bAL = balance = bAL x Tpuls; bijv. 30 % x 1 s = 0,3 sec.
De pulspauzestroom (I2) hoeft niet te worden ingesteld. Deze waarde wordt door de
apparaatbesturing berekend zodat de gemiddelde lasstroomwaarde altijd aan de geselecteerde
hoofdstroom voldoet.
62
> 100%
Tpuls
Antistick voorkomt het uitgloeien van de elektrode.
Mocht de elektrode ondanks de arcforce-inrichting
vastbranden, dan schakelt het apparaat automatsich
binnen ca. 1 sec. over op minimale stroom, zodat het
uitgloeien van de elektrode wordt voorkomen. Controleer
de lasstroominstelling en corrigeer deze voor de soort
lassen!
I/A
IPP
AMP
Ipuls
t/s
Afbeelding 5-50
< 100%
Tpuls
099-000159-EW505
16.08.2016
t/s