5. Bekleding van de leidingen
Maak de leidingen, de verbindingsdraden en
de afvoer aan elkaar met behulp van god
aangedrukte en uniform aangebrachte
kleefband zoals is aangegeven op figuur 10.
Het gecondenseerd water aan de
achterzijde van de unit wordt opgevangen in
een vat en buiten de kamer geledigd. Plaats
geen voorwerpen in het vat.
BELANGRIJK
Sluit eerst de interne en vervolgens de externe unit aan.
Haal de leidingen niet rechtstreeks uit de achterzijde van de interne unit.
Zorg ervoor dat de afvoer niet los hangt.
Breng een thermische isolatie aan op de aanvullende leidingen.
Zorg ervoor dat de afvoerleiding zich op het laagste punt van de unit bevindt. Hogerop
zou het opvangvat kunnen overlopen en het interieur van de unit bevochtigen.
Leg de elektrische stroomkabel niet kruisgewijs of verstrengel hem niet met andere
draden.
Plaats de afvoerleiding naar beneden toe zodat het gecondenseerd water eenvoudig kan
wegstromen. vloeien.
INSTALLATIE VAN DE EXTERNE UNIT
Voorzorgsmaatregelen voor de installatie van de externe unit
Monteer de externe unit op een onbuigzaam steunvlak om trillingen en geluiden te
dempen.
Oriënteer de luchtuitlaat zodat deze niet wordt belemmerd.
Indien het apparaat is blootgesteld aan sterke wind zoals op plaatsen dichtbij de zee, zorg
er dan voor dat de ventilator correct functioneert door de unit paralel aan de muur te
monteren of door een windscherm te plaatsen.
Installeer de unit zodat de wind er niet in kan, in het bijzonder, op plaatsen die zijn
blootgesteld aan sterke wind.
Bij het ophangen van de unit dient het steunvlak te voldoen aan de technische vereisten
die in het desbetreffend schema worden beschreven. De muur waarop de unit wordt
geïnstalleerd moet zijn van bakstenen, beton of van een ander gelijkaardig, stevig
materiaal. Indien dit niet het geval is moet de
structuur worden versterkt en de impact op het
onderstel gebroken. De muurankers en de ankers
van het apparaat op het onderstel moeten stevig,
stabiel en betrouwbaar zijn.
Zorg ervoor dat er geen enkel voorwerp de
luchtuitlaat belemmert.
Installatievoorschriften
7