4.3.- DIAGNOSE VAN DE STORING De producten van ons bedrijf voldoen aan Europese normen. De productie van EcoLean -koelmachines voldoet aan het ISO 9001-kwaliteitscontrolesysteem. Lennox levert al sinds 1895 milieuvriendelijke HVAC-apparatuur. Onze EcoLean omkeerbare koelmachines zetten de traditie van kwaliteit voort die LENNOX tot een begrip gemaakt heeft. Door een flexibel ontwerp en een onwrikbare aandacht voor details kunnen wij voldoen aan UW eisen. Ontworpen voor duurzaamheid, eenvoudig te onderhouden, en kwaliteit als standaard gegeven. Informatie over lokale vertegenwoordigers vindt u op www.lennoxeurope.com. Alle technische en technologische informatie in deze handleiding, inclusief alle schema’s en technische beschrijvingen, blijven het eigendom van Lennox en mogen niet worden toegepast (uitgezonderd voor de werking van dit product), gereproduceerd, uitgegeven of beschikbaar gesteld aan derden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Lennox. De specificaties en technische eigenschappen in dit boekje dienen uitsluitend ter informatie. De fabrikant behoudt zich het recht voor ze zonder voorafgaande...
EcoLean™- bevat ook belangrijke aanwijzingen voor het voorkomen koelmachine en volg de instructies nauwgezet op. van persoonlijk letsel of schade aan de machine tijdens het gebruik. Bovendien is informatie over het onderhoud Wij willen hierbij het belang van training benadrukken voor opgenomen, met als doel een storingvrije werking van de het juist omgaan met de koelmachine. Vraag a.u.b. bij machine. Lennox na welke mogelijkheden er op dit terrein bestaan. Neem gerust contact op met een van onze medewerkers Het is belangrijk dat de handleiding permanent in de buurt als u meer informatie wilt over specifieke onderwerpen van de EcoLean™-koelmachine wordt bewaard. aangaande de koelmachines. Documentatie met betrekking tot bestellingen wordt apart Om redenen van duidelijkheid worden belangrijke items in toegezonden. Deze documentatie bestaat uit: deze handleiding als volgt weergegeven: - CE-verklaring.
INSTALLATIEGEGEVENS UNIT UNIT SERIENR.: IDENTIFICATIECODE BEDIENINGSPANEEL ADRES VAN INSTALLATIE: INSTALLATEUR: TEL. INSTALLATEUR: ADRES INSTALLATEUR: DATUM INSTALLATIE: CONTROLES: VOEDINGSPANNING: NOMINALE SPANNING VAN DE UNIT: UNIT OP RUBBER TRILLINGSDEMPERS HOOFDAANSLUITING STROOM AANSLUITING BEDIENINGSPANEEL (OPTIONEEL) CONTROLELAMPJE OLIEPEIL COMPRESSOR HYDRAULISCHE AANSLUITINGEN ONTLUCHT BIJ INSTALLATIE GEGEVENSINVOER: KOELCYCLUS VERWARMINGCYCLUS Temperatuur inlaatlucht, element: ºC Temperatuur inlaatlucht, element: ºC Temperatuur uitlaatwater: ºC Temperatuur uitlaatwater: ºC Temperatuur inlaatwater: ºC Temperatuur inlaatwater: ºC Hoge druk: Hoge druk: Lage druk: Lage druk: ELEKTRISCH STROOMVERBRUIK (Amp.) Compressor 1 Compressor 1 Ventilator 1...
1.- ALGEMENE EIGENSCHAPPEN 1.1.- TECHNISCHE GEGEVENS EA C 035 1 S M 2 HY FP1 Modellen met hoge statische druk: EcoLean FP1: Modellen 0251 tot 1804. FP2: Modellen 0251 tot 1804. C: Units voor alleen koelen R: Units met warmtepomp --- : Standaardversie HY: Hydraulische versie Geschatte capaciteit in kW HN: Hydron versie Aantal compressoren 2 : Revisie met Climatic 40 controller Type compressor: Scroll M: Koudemiddel R410A ALLEEN KOELING EAC-MODELLEN 0251SM 0291SM 0351SM 0431SM 0472SM 0552SM 0672SM 0812SM 1003SM 1103SM 1203SM 1303SM 1403SM 1604SM 1804SM Koelcapaciteit (*) 22,1 25,9...
1.- ALGEMENE EIGENSCHAPPEN 1.5.- DRUKVERLIES IN HET WATERCIRCUIT INSTALLATIEADVIES De units MOETEN zijn uitgerust met een waterfilter op de inlaat naar de unit (om deeltjes met een diameter groter dan 1 mm tegen te houden). MODELLEN EAC / EAR 0251SM T/M 0812SM DRUKVERLIES ZONDER FILTER EAC/R 0812 EAC/R 0672 EAC/R 0552 EAC/R 0472 EAC/R 0431 EAC/R 0351 EAC/R 0291...
Pagina 12
1.- ALGEMENE EIGENSCHAPPEN 1.5.- DRUKVERLIES IN HET WATERCIRCUIT INSTALLATIEADVIES De units MOETEN zijn uitgerust met een waterfilter op de inlaat naar de unit (om deeltjes met een diameter groter dan 1 mm tegen te houden). MODELLEN EAC / EAR 1003SM T/M 1804SM DRUKVERLIES ZONDER FILTER EAC/R 1804 EAC/R 1604 EAC/R 1403 EAC/R 1003 EAC/R 1103-1203-1303 Drukverlies kPa DRUKVERLIES + WATERFILTER (*)
1.- ALGEMENE EIGENSCHAPPEN 1.10.- VERKRIJGBARE OPTIES 1.10.- VERKRIJGBARE OPTIES Standaard versie Unit in hydraulische versie Unit in hydron versie (1) BEHANDELING CONDENSORBATTERIJ Epoxy gecoate Al lamellen condensor ELEKTRISCH Hoofdschakelaar ON/OFF (400V/III) "Soft starter" Driefasenbeveiliging (driefasenunits) Verdamper met antivries-bescherming Antivriesverhitter voor buffertank Niet beschikbaar Niet beschikbaar Elektrisch verwarmingselement in buffertank (3) Niet beschikbaar Niet beschikbaar KOUDEMIDDELCIRCUIT HD- en LD-manometers Lage watertemperatuur Kit voor lage omgevingstemperatuur (-15ºC). EAC-units (4) Winterregeling tot -15ºC. EAR-units Thermostatische heetgasinjectie HYDRAULISCH Stromingsschakelaar Inclusief Inclusief Waterfilter Inclusief Inclusief Afsluiters aan intrede/uittrede Dubbele pompen (5) Niet beschikbaar...
Pagina 25
1.- ALGEMENE EIGENSCHAPPEN 1.10.- VERKRIJGBARE OPTIES ANTIVRIESVERWARMING VOOR TANK EN ELEKTRISCHE VERWARMING VOOR WATERTANK (alleen leverbaar voor hydronversie) Een verwarmingselement kan worden geleverd, compleet met veiligheidsthermostaat en pressostaat in de buffertank, of als een antivries- en extra verwarming (alleen warmtepompunits). Antivriesverwarming voor tank: Start als de watertemperatuur in de buffertank lager is dan +4,5 ºC. Elektrische verwarming van de watertank: Alleen warmtepompunits. De verwarming werkt als antivriesverwarming zoals hierboven is beschreven en als extra verwarming, wanneer de waterintrede een temperatuur bereikt die lager ligt de ingestelde waarde (bijvoorbeeld 30 ºC) via een onafhankelijke thermostaat. HET OPGENOMEN MODELLEN 0251SM t/m 0431SM 0472SM t/m 0812SM 1003SM t/m 1403SM 1604SM / 1804SM VERMOGEN IS: Spanning 3~400V Antivriesverhitter voor buffertank 2,25 2,25...
1.- ALGEMENE EIGENSCHAPPEN 1.10.- VERKRIJGBARE OPTIES 1.10.6.- ANDERE OPTIESS BESCHERMROOSTER CONDENSOR Het beschermrooster van de condensorbatterij voorkomt lichte schade aan de batterij tijdens vervoer en installatie. Dit rooster is niet bestand tegen zware inwerkingen. HOES OM COMPRESSOR VOOR GELUIDSISOLATIE Alle compressoren zijn voorzien van een akoestisch dempende hoes die het geluid van de compressor dempt, dat tijdens bedrijf ontstaat. TRILLINGDEMPERS Voor installatie onder de unit. Voorkomt dat tijdens bedrijf trillingen worden overgedragen op de vloer waarop de unit geïnstalleerd is. Er zijn twee typen: met rubber of met veren (afhankelijk van model). INLAATPLENUM (alleen modellen 0251 tot 1403) Met deze accessoire kan de luchtinvoer van de condensor worden aangepast aan een kanaal. RECHTHOEKIGE FLENS VOOR KANAALAANSLUITING Dit plenum wordt gevormd door één of twee vierkante frames, zodat de luchtafvoer van het systeem past op een vierkant kanaal. MODELLEN 0251 t/m 0431 Aansluitraam voor rechthoekig kanaal 848x848 MODELLEN 0472 t/m 0812 MODELLEN 1003 t/m 1403 7 9 0 Rechthoekige persafsluiter kanaal 992x992 Aanzuigplenum...
De unit moet in HORIZONTALE POSITIE worden vervoerd op de metalen onderprofielen. Elke andere positie kan ernstige schade aan de machine veroorzaken. Na ontvangst moet de unit volgens de instructies op de verpakking worden geïnspecteerd om te controleren of er geen schade is ontstaan. Indien er schade is opgetreden, kan de unit worden geweigerd door contact op te nemen met de afdeling Distributie van LENNOX en op het afleverbewijs van de transporteur aan te geven waarom de machine onacceptabel is. Elke latere klacht of claim die wordt ingediend bij de afdeling Distributie van LENNOX voor dit type afwijking kan niet meer in behandeling worden genomen onder de voorwaarden van de garantie. Er moet voldoende ruimte gereserveerd zijn voor plaatsing van de unit. De unit kan buiten worden geplaatst. Er moet een voldoende waterafvoer rondom de unit zijn.
2.- INSTALLATIE 2.3.- TRILLINGSDEMPERS Unit Flexibele aansluiting Rubber aansluiting 1.- Montage op weinig gevoelige zone Unit Flexibele aansluiting met lus Trillingsdemper Metalen opbouw Steun Rubber aansluiting 2.- Montage op gemiddeld gevoelige zone Unit Flexibele aansluiting met lus Metalen en betonnen opbouw Steun Trillingsdemper Rubber aansluiting 3.- Montage op zeer gevoelige zone (controleer de vloerbelasting)
2.- INSTALLATIE 2.4.- INSTALLATIERUIMTE (*) Vrije ruimte rondom de unit, voor alle unitversies. Indien de units niet worden geplaatst zoals afgebeeld, beïnvloedt dat de prestaties en betrouwbaarheid. INSTALLATIERUIMTE DETAIL AVM-POSITIES EAC/EAR 0251SM-0291SM-0351SM-0431SM 1195 1145 3 meter (*) ∅14 1 meter (*) 1 meter (*) 1 meter (*) EAC/EAR 1 meter (*) 0472SM-0552SM-0672SM-0812SM 1960 3 meter (*) 1 meter (*) ∅14 1 meter (*) 197,5 1 meter (*) 1 meter (*) EAC/EAR 1003SM-1103SM-1203SM-1303SM-1403SM 2250 1327 5 meter (*) 1,5 meter (*) ∅14 1,5 meter (*) Wateraansluiting 1,5 meter (*) 1,5 meter (*) EAC/EAR 1604SM-1804SM Wateraansluiting 5 meter (*) 1,5 meter (*) 1,5 meter (*)
2.- INSTALLATIE 2.5.- DETAIL POSITIE TRILLINGSDEMPING (EAC/R 1003-1804 SM) EAC/R 1604 TOT 1804 EAC/R 1003 TOT 1403 POSTITIE TRILLINGSDEMPING POSTITIE TRILLINGSDEMPING TYPE TYPE Wateraansluiting Wateraansluiting 2.6.- GEWICHTSVERDELING (Kg) (EAC/R 1003-1804 SM) EAC/R 1003 SM. EAC/R 1403 SM. (*) HYDRONUNIT (GEWICHT Kg) HYDRAULISCHE UNIT (GEWICHT STANDAARD UNIT (GEWICHT Kg) (*) HYDRONUNIT (GEWICHT Kg) HYDRAULISCHE UNIT (GEWICHT Kg) STANDAARD UNIT (GEWICHT Kg) FP1/FP2 FP1/FP2 FP1/FP2 FP1/FP2 FP1/FP2...
2.- INSTALLATIE 2.7.- OPSTELLING UNIT 1.- De EcoLeanTM-units kunnen zowel binnen als buiten worden geïnstalleerd. 2.- Houd rekening met de minimale vrije ruimte zodat u bij de unit kunt en de luchttoevoer naar de elementen in het verwarmingsdeel van de unit voldoende is (zie pagina 28). 3.- Monteer de unit op een stevige ondergrond, bij voorkeur van beton. Ter voorkoming van trillingen mag het beton niet in contact staan met de fundering van het gebouw. 4.- Aanbevolen wordt de unit op schokdempers te plaatsen. 5.- In de verwarmingstand (warmtepompkoelers) ontstaat er ijs in de batterij. Het ontdooiproces in de warmtepompunits wordt in werking gesteld wanneer de buitentemperatuur laag is en het buitenelement zou kunnen bevriezen. Om het ijs te smelten schakelt de ontdooifunctie de unit korte tijd naar de koelmodus. Wanneer de verdampingstemperatuur begint te dalen, start er een ontdooiperiode om te zorgen voor voldoende warmteoverdracht. Tijdens het ontdooien smelt het ijs van de batterijen. Het water moet worden afgevoerd. WAARSCHUWING Indien de unit voor langere tijd wordt blootgesteld aan omgevingstemperaturen onder de 0ºC kan het smeltwater van het ontdooien onder in de basis van de unit bevriezen. Hierdoor kan geen water meer worden afgevoerd. Er kan zich ijs afzetten, waardoor de machine niet meer correct werkt. Neem in dit geval contact op met de klantenservice. 6.- De waterstroom in de warmtewisselaar moet tijdens koelen even groot zijn als tijdens verwarmen. 7.- Breng een waterfilter aan in de inlaat van de unit. In units die niet zijn voorzien van een hydronische of hydraulische module, moet een zeeffilter worden aangebracht. De maaswijdte mag niet groter zijn dan 1 mm.
2.- INSTALLATIE 2.7.- OPSTELLING UNIT 11.- Voor het koelen van units met warmtepompen moet het hydraulisch systeem de volgende componenten bevatten: pomp, buffervat, expansievat, veiligheidsklep, waterfilter, stromingsschakelaar. 12.- Voor het berekenen van het totale waterdrukverlies in het systeem telt u de drukval in de unit + waterleidingen + fittingen en binnenunit bij elkaar op. De waterpomp kan zodanig worden gekozen dat deze de juiste waterhoeveelheid over de warmtewisselaar verzorgt. 13.- Een balansklep voor het water is aanbevolen om te zorgen voor de juiste waterhoeveelheid. BELANGRIJK Indien de buitentemperatuur in de ruimte waar de EcoLeanTM-unit wordt geïnstalleerd onder de 5°C kan zakken, is het van groot belang dat u de volgende voorzorgsmaatregelen neemt zodat het water in het circuit niet bevriest. Als dat wel gebeurt, kunnen de componenten hierdoor schade oplopen. -Indien de unit bij een lage buitentemperatuur werkt: * Sluit de stroomtoevoer niet af. De waterpomp zal dan starten wanneer de watertemperatuur onder +5 ºC zakt. (alleen hydraulische en hydronmodellen). * Als de kans groot is dat de buitentemperatuur op de plaats waar het systeem wordt geïnstalleerd onder de 5 ºC zakt, is het van groot belang dat u glycol als antivries gebruikt.
2.- INSTALLATIE 2.8.- ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN - CONTROLEER OF ALLE STROOMONDERBREKERS OPEN STAAN EN DE STROOMTOEVOER IS ONDERBROKEN VOORDAT U DE ELEKTRA AANSLUIT. - MAAK BIJ AANSLUITING VAN DE ELEKTRA GEBRUIK VAN HET INSTALLATIESCHEMA DAT BIJ DE UNIT WORDT GELEVERD. AANTAL DRADEN X SECTIE ELEKTRISCHE UNIT MODEL VOEDING ZONDER AEH MET AEH 0251SM 5 x 6 mm 5 x 10 mm 0291SM 5 x 6 mm 5 x 10 mm 0351SM 5 x 10 mm 5 x 10 mm DRIEFASENUNITS 0431SM 5 x 10 mm 5 x 16 mm 400V 0472SM 5 x 16 mm 3 x 25+2x16 mm 0552SM 5 x 16 mm 3 x 25+2x16 mm PE L1 L2 L3 N 0672SM 3 x 25+2x16 mm 3 x 25+2x16 mm...
3.- INSTALLATIE EN BEDIENING 3.1.- INSTALLATIE VAN UNIT STAPSGEWIJS Controleer de volgende punten voordat u de unit installeert: 1.- Controleer of de spanning gelijk is aan de spanning die staat aangegeven op het typeplaatje. 2.- Controleer of de stroom naar het regelpaneel (indien aanwezig) conform het installatieschema is aangesloten. 3.- Controleer of de hoofdschakelaar op AAN staat (indien aanwezig). 4.- Zorg dat het water goed is aangesloten en de aansluitingen niet zijn verwisseld. De stromingsverdeler werkt niet goed als de aansluitingen niet kloppen. 5.- Controleer of de ventilator vrij kan draaien. 6.- Controleer in welke richting de waterpomp draait. 7.- Controleer op lucht in het watersysteem. Ontlucht indien noodzakelijk. 8.- De compressor mag pas worden gestart als de carterverhitter minimaal 8 uur heeft aangestaan. - De compressor is voorzien van een enkelfasig elektrisch verwarmingselement om te zorgen voor een scheiding tussen het koelmiddel en de olie in de behuizing. Deze verwarming wordt ingeschakeld wanneer de compressor uit is en stopt wanneer de compressor aan is. Circa acht uur voordat u de unit wilt gebruiken of nadat u de unit lang niet gebruikt hebt, dient u spanning op de unit te zetten zodat deze verwarming wordt geactiveerd. - Controleer of de compressor na 3 minuten start. -Zet de unit op koelen of verwarmen. VERGEET NIET DAT DE COMPRESSOR EEN SCROLL-COMPRESSOR IS Voor u de unit start, moet met een driefasebeveiliging worden gecontroleerd of de compressor in de juiste richting draait. Scrollcompressoren comprimeren slechts in één draairichting. Enkelfasige modellen worden altijd in de juiste richting opgestart;...
3.- INSTALLATIE EN BEDIENING 3.2.- WATERDOORSTROMING CONTROLEREN Het is van groot belang dat de unit werkt bij de juiste waterdoorstroming. Het is gevaarlijk om de unit te laten werken bij een lage doorstroomsnelheid, aangezien dit kan leiden tot ernstige schade aan componenten en de waterwisselaar. Indien de unit werkt bij een te hoge doorstroomsnelheid, belemmert dit ook de optimale prestaties. De beste manier om de juiste doorstroming te bepalen is door het temperatuurverschil te meten tussen de waterintrede en -uittrede. Waterdoorstroming controleren (het is belangrijk dit te doen op het warmste punt). (Standaard unit) Voor nominale en minimale waterdoorstroming moet het verschil tussen de temperatuur van het in- en uitlaatwater 5ºC zijn (uitsluitend koel- en warmtepompen in koelcyclus) bij een inlaattemperatuur van 12°C, een uitlaattemperatuur van 7°C en een buitentemperatuur van 35°C. Veranderen de omstandigheden, dan verandert ook de capaciteit van de unit en zal in het geval van nominale doorstroming het verschil tussen de temperatuur van het inlaat- en het uitlaatwater iets groter of kleiner zijn dan 5ºC. Zie ook onderstaande tabel die is gebaseerd op nominale doorstroming. ∆T (Waterintredetemperatuur - Wateruittredetemperatuur) Buitentemperatuur ºC Uitlaatwater ºC Indien de unit in de verwarmingcyclus moet worden gestart en u nominale koeling wenst, kunt u hieronder zien wat ongeveer het verschil in temperatuur tussen het inlaat- en uitlaatwater onder diverse omstandigheden is. ∆T (Waterintredetemperatuur - Wateruittredetemperatuur) Buitentemperatuur ºC BH Uitlaatwater ºC Het besturingssysteem van de unit geeft de watertemperatuur van intrede en uittrede weer. Zie het gedeelte over de Besturing. Controleer of de juiste waterpomp is geselecteerd, en houd hierbij rekening met het drukverlies in het hydraulisch system. Het is gevaarlijk de unit te laten draaien bij een lage doorstroming, en eventuele storingen die hierdoor optreden vallen niet onder de garantie.
3.- INSTALLATIE EN BEDIENING 3.3.- CORROSIEGEVOELIGHEID VAN KOPER EN ROESTVRIJ STAAL VAN PLAATWISSELAAR (WATERWISSELAAR) WATER IN HET CIRCUIT ANALYSEREN. De onderstaande weerstandsgegevens dienen om een beeld te geven van de corrosiebestendigheid van het roestvrij staal van type AISI 316 en puur koper in het water, bij een aantal belangrijke chemische factoren. De werkelijke corrosie is echter een bijzonder ingewikkeld proces dat wordt beïnvloed door vele factoren samen. Deze tabel is daarom een aanzienlijke vereenvoudiging en moet niet noodzakelijk als maatgevend worden beschouwd. Verklaring van de tekens: + Goede weerstand onder normale omstandigheden 0 Er kan corrosie optreden, met name wanneer de waarde van de factoren wordt bepaald op 0 - Gebruik wordt afgeraden CONCENTRATIE WATER MET AISI 316 KOPER mg/l ó ppm <70 Alcaliniciteit (HCNO 70-300 >300 <70 Sulfaat (SO 70-300 >300 >1.0 / SO <1.0 <10µS/cm Elektrische geleiding 10-500µS/cm >500µS/cm <6.0 6.0-7.5 7.5-9.0 >9.0 <2 Ammonium (NH 2-20 >20 <50 Chlorides (Cl >50...
4.- ONDERHOUD 4.1.- PREVENTIEF ONDERHOUD MET PREVENTIEF ONDERHOUD VOORKOMT U HOGE REPARATIEKOSTEN. We bevelen u aan de LENNOX-unit regelmatig en uitgebreid te onderhouden. Vraag uw dealer naar onderhoudscontracten. Controleer het onderhoud op de volgende punten (afhankelijk van de bedrijfsomstandigheden kan elke 6 maanden onderhoud noodzakelijk zijn). De plaatselijke wetgeving heeft altijd voorrang. - ALGEMENE STAAT VAN DE KAST: Kast, verf, verslechtering door deuken, roestplekken, waterpas en steunen, staat van de schokdempers, mits aanwezig, vastgeschroefde panelen, enz. - ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN: Staat van kabels, aandraaimoment van de schroeven, aarding, stroomschema van de compressor en ventilatoren en controle of de unit de juiste spanning krijgt. - KOELCIRCUIT: Controleer of de drukkleppen goed werken en niet lekken. Controleer of de solatie van de leiding niet beschadigd is, de accu’s in goede staat zijn en de luchtstroom niet wordt geblokkeerd door deeltjes of aangekoekt vuil, enz. - COMPRESSOR: Controleer het oliepeil, indien er een kijkglas is. Inspecteer de staat van de armaturen van de compressor. - VENTILATOREN Controleer of de ventilatoren vrij en in de juiste richting draaien en geen overmatig lawaai maken. - REGELING: Controleer de instelpunten en of de unit normaal werkt. - WATER: Controleer regelmatig de staat van het antivriesmiddel, indien aanwezig, en of het water schoon is. - WATERFILTER: Maak indien nodig het filter bij de waterinlaat schoon. - WATERPOMP: Wanneer het systeem gebruikt zal worden met een percentage glycol van maximaal 20% en bij een watertemperatuur onder de -5ºC, wordt, zelfs als u een speciale afdichting voor de waterpomp gebruikt, aanbevolen de afdichting van de waterpomp iedere 18 maanden te reinigen om lekkage door kristallisatie te voorkomen. - PLAATWISSELAAR: Verifieer de algemene staat van de isolatie en controleer de wateraansluitingen.
4.- ONDERHOUD 4.2.- REPARATIE - Wees met name voorzichtig bij het vervangen van vierwegafsluiters. Deze bevatten componenten die zeer hittegevoelig zijn, zoals kunststof, teflon enz. - Indien een compressor vervangen moet worden, sluit de elektra dan af en verwijder de zuig- en uitlaatleidingen met behulp van een soldeertang. Verwijder de bevestigingsschroeven en vervang de oude compressor door de nieuwe. Controleer of de nieuwe compressor voldoende olie bevat, schroef deze op de basis vast en sluit de leidingen en elektrische aansluitingen aan. - Creëer zowel boven als onder via de Schrader-afsluiters een vacuüm tot het niveau van -750 mm Hg is bereikt. Zodra dit vacuüm is bereikt, laat u de pomp nog minimaal een uur draaien. GEBRUIK DE COMPRESSOR NIET ALS VACUÜMPOMP. Indien de compressor draait bij een vacuüm, zal storing optreden. - Vul de unit met koelmiddel conform de specificaties op het typeplaatje en controleer de unit op lekkage. VOORZORGSMAATREGELEN BIJ GEBRUIK VAN R-410A-KOELMIDDEL Bij gebruik van R-410A-koelmiddel dienen de volgende voorzorgsmaatregelen in acht genomen te worden: - De vacuümpomp moet zijn voorzien van een keerklep of elektromagnetische klep. - Er dient gebruikgemaakt te worden van manometers en slangen die speciaal bestemd zijn voor gebruik met het R-410A-koelmiddel. - Het vullen dient plaats te vinden in de vloeistoffase.
Pagina 40
BELGIËN, LUXEMBURG PORTUGAL Omdat Lennox altijd uitgaat van de nieuwste www.lennoxbelgium.com www.lennoxportugal.com kwaliteitseisen, kunnen specificaties, waarden en afmetingen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd zonder dat Lennox daarvoor REPUBLIEKEN TSCJECHIË RUSLAND aansprakelijk kan worden gesteld. www.lennox.cz www.lennoxrussia.com Ondeskundige installatie, aanpassing, wijziging, s e r v i c e o f o n d e r h o u d k a n s c h a d e a a n eigendommen of persoonlijk letsel veroorzaken.