Foutcode
Oorzaak
F52
Fout brandergegevens
Spanningstoevoer buiten de tolerantie
F53
Zekering F2 24V defect
F54
Elektronische fout
F55
Netfrequentie buiten de tolerantie
Fout bij ionisatiemeting
F56
F61
Ionisatiesignaal wijkt van de gewenste waarde af
Verkeerde gassoort ingesteld
(parameter 11 , gascombiventiel)
F62
Regelsignaal van het gasregelorgaan buiten de
tolerantie
Verkeerde gassoort ingesteld
(parameter 11 , gascombiventiel)
F64
SCOT
®
Opmerking:
De verbrandingslucht moet vrij zijn van agressieve
stoffen (bijv. halogenen, chloride, fluoride, enz.)
en vrij zijn van verontreiniging (stof, bouwstoffen,
dampen, enz.).
F65
SCOT
®
voorgaande waarde
Opmerking:
De verbrandingslucht moet vrij zijn van agressieve
stoffen (bijv. halogenen, chloride, fluoride, enz.)
en vrij zijn van verontreiniging (stof, bouwstoffen,
dampen, enz.).
83247607 • 1/2016-10 • La
Montage- en bedieningsrichtlijnen
Gascondensatieketel WTC 15 ... 32-A
10 Foutopsporing
-basiswaarde buiten de gestelde grenzen
-basiswaarde wijkt te sterk af van de
Oplossing
▶
BCC-stekker controleren, evt. vervangen.
▶
Toestel ontgrendelen, bij herhaaldelijk optre-
den WCM-CPU vervangen.
▶
Gegevens van BCC-stekker naar WCM-CPU
overbrengen (druknr. 1675).
▶
Spanningstoevoer controleren.
▶
Ventilator controleren, evt. vervangen.
▶
Toestel ontgrendelen, bij herhaaldelijk optre-
den WCM-CPU vervangen.
▶
Zekering F2 24V controleren, evt. ventilator
defect.
▶
Spanningstoevoer kort onderbreken.
▶
Elektromagnetische storingsbron verwijderen.
▶
Toestel ontgrendelen, bij herhaaldelijk optre-
den WCM-CPU vervangen.
▶
Net controleren.
▶
Toestel ontgrendelen, bij herhaaldelijk optre-
den WCM-CPU vervangen.
▶
Ionisatie-elektrode controleren, evt. vervan-
gen (zie hfst. 9.5).
▶
Toestel ontgrendelen, bij herhaaldelijk optre-
den WCM-CPU vervangen.
▶
Instelling gassoort controleren (zie hfst. 7.3).
▶
Ionisatie-elektrode controleren, evt. vervan-
gen (zie hfst. 9.5).
▶
Toestel ontgrendelen, bij herhaaldelijk optre-
den WCM-CPU vervangen.
▶
Bij ruimteluchtonafhankelijke bedrijfsmodus de
dichtheid van het rookgassysteem controle-
ren (zie hfst. 7.4).
▶
Ventilator controleren, evt. vervangen.
▶
Rookgaszijdige weerstand te hoog,
condensaatafvoer controleren.
▶
Gasaansluitdruk controleren (zie hfst. 5.4).
▶
Instelling gassoort controleren (zie hfst. 7.3).
▶
Bij ruimteluchtonafhankelijke bedrijfsmodus de
dichtheid van het rookgassysteem controle-
ren (zie hfst. 7.4).
▶
Ionisatie-elektrode controleren, evt. vervan-
gen (zie hfst. 9.5).
▶
Branderoppervlak reinigen en evt. vervangen
(zie hfst. 9.4).
▶
Kalibratie doorvoeren (P 39 ).
▶
Ionisatie-elektrode controleren, evt. vervan-
gen (zie hfst. 9.5).
▶
Branderoppervlak reinigen en evt. vervangen
(zie hfst. 9.4).
90-118