Rijden en parkeren
2.6.2 Elektrische installatie
Algemeen
Externe netaansluiting
Aviano
Alleen bij ingebouwde gasdrukregelaar SecuMotion (optie)
mogen de gasapparaten tijdens de rit worden gebruikt. Anders
gelden steeds de volgende aanwijzingen:
Voordat wordt gereden, de gasfleskraan en de snelsluitkranen
van de gastoestellen sluiten.
Tijdens brandstof tanken op veerboten, in garages en
parkeergarages geen gastoestellen gebruiken. Explosiegevaar!
Vóór stalling gedurende langere periodes de gasfleskranen en
de snelsluitkranen van de gastoestellen sluiten.
Na een langere tijd van stilstand (≥ 10 maanden) de
gasinstallatie vóór de eerste hernieuwde inbedrijfstelling door
een geautoriseerde vakwerkplaats op lekkage en werking laten
controleren.
Het voertuig is voorzien van een gecombineerde
spanningsvoorziening voor 230 V~/12 V. Voor de externe
netaansluiting is een driepolige CEE-aansluitkabel nodig (zie
beneden).
Informeer, voordat u naar het buitenland rijdt, naar de stekker- en
aansluitsystemen op de bestemmingslocatie. Er zijn in de handel
adapters te koop.
Het aanraken van onder spanning staande onderdelen leidt tot
ernstige schade aan de gezondheid of zelfs tot de dood.
Onvakkundige aansluiting of defecte elektrische apparaten kunnen
brand veroorzaken.
Daarom altijd op het volgende letten:
Vóór aansluiting controleren of de externe stroomvoorziening
overeenkomt met de elektrische installatie van het voertuig.
De externe stroomvoorziening moet gezekerd zijn met een
lekstroombeveiligingsschakelaar (FI-schakelaar 30 mA).
Uitsluitend aansluitkabels met de volgende kenmerken
gebruiken:
flexibele rubberen CEE-slangkabel voor gebruik buiten
Doorsnede minimaal 3 x 2,5 mm²
Stekker en koppeling telkens met randaarde
Aansluitpunt mag op maximaal 25 m afstand liggen.
Bij gebruik van kabelhaspels de kabel volledig afwikkelen om
oververhitting van de kabel te voorkomen.
Kabel zonder gevaar voor struikelen leggen, evt. kabelloop
markeren.
Gebruikershandleiding en Inspectieboekje
Veiligheid
27