De geheugenkaart uitnemen
Neem de geheugenkaart uit de sleuf in de tegengestelde richting als waarin deze was
geplaatst. Neem de geheugenkaart niet uit terwijl een afbeelding wordt weergegeven op
het scherm. Als u dat doet, kunnen de gegevens die op de geheugenkaart zijn vastgelegd,
beschadigen. U kunt beter eerst op MENU drukken aan de achterkant van het toestel om
het menu weer te geven en dan de geheugenkaart verwijderen.
• Als de weergave niet wordt gestart, ook niet als u de geheugenkaart inzet, controleer dan of u
de kaart goed hebt ingezet.
• Wanneer er geen geheugenkaart is geplaatst en als er geen afbeelding in het interne geheugen
is opgeslagen, verschijnt automatisch het demonstratiescherm. Het demonstratiescherm
wordt afgesloten wanneer u een geheugenkaart met afbeeldingsgegevens plaatst of wanneer
u op een andere knop dan 1 (aan/standby) drukt.
• Plaats niet tegelijkertijd meerdere geheugenkaarten en een USB-geheugenstick in de
geheugenkaartsleuven A/B of in de USB-connector. Steek niet tegelijkertijd
geheugenkaarten in sleuf A en B. Hierdoor kan de fotolijst beschadigen.
• Let op het volgende wanneer u een diavoorstelling selecteert met behulp van een afbeelding
die op een geheugenkaart is opgeslagen.
– Door de eigenschappen van geheugenkaarttoestellen kunnen er fouten optreden in
afbeeldingen wanneer deze te vaak worden ingelezen.
– Laat een diavoorstelling niet gedurende lange tijd spelen met een klein aantal
afbeeldingen. Dit kan fouten in gegevens veroorzaken.
– Wij adviseren u vaak een reservekopie te maken van afbeeldingen die op de geheugenkaart
staan.
• De diavoorstelling start niet vanaf het punt waar u bent gestopt als u de fotolijst uitschakelt.
• Wanneer het scherm te helder is, kan dat misschien niet prettig zijn. Denk eraan dat u de
helderheid niet te hoog instelt wanneer u de fotolijst gebruikt.
• Een beeldbestand dat is opgenomen met een DSC die niet geschikt is voor Exif roteertag
opnamen, kan niet automatisch worden geroteerd.
20
NL