452236.69.05 · 01/2016 · Rei
Montage- en bedieningshandleiding
WWP S 6 IDT-2 - WWP S 11 IDT-2
1 Direct lezen a.u.b.
OPGELET
ACHTUNG
Het is niet toegestaan via een relaisuitgang meer dan een elektronisch geregelde
circulatiepomp te schakelen.
ACHTUNG
OPGELET
De inbedrijfstelling van de warmtepomp moet volgens de montage- en
gebruiksaanwijzing van de warmtepompmanager worden uitgevoerd.
OPGELET
ACHTUNG
In de warmtebroningang van de warmtepomp moet de bijgevoegde filter worden
gemonteerd om de verdamper tegen verontreiniging te beschermen.
ACHTUNG
OPGELET
Werkzaamheden aan de warmtepomp mogen uitsluitend door een bevoegde en
vakkundige service uitgevoerd worden.
ACHTUNG
OPGELET
Voordat het apparaat geopend wordt, moeten alle stroomkringen spanningsvrij worden
geschakeld.
1.2
Doelmatig gebruik
Dit toestel is uitsluitend vrijgegeven voor het door de fabrikant beoogde gebruiksdoel.
Elk ander of verderreikend gebruik wordt als oneigenlijk gebruik beschouwd. Hiertoe
wordt ook de inachtneming van de desbetreffende productdocumentatie gerekend.
Het is niet toegestaan het toestel te veranderen of om te bouwen.
1.3
Wettelijke voorschriften en richtlijnen
Deze warmtepomp is volgens artikel 1, paragraaf 2 k) van de EG-richtlijn 2006/42/EC
(richtlijn voor machines) voor huiselijk gebruik bestemd en valt daarmee onder de eisen
van de EG-richtlijn 2006/95/EC (laagspanningsrichtlijn). De pomp is daarmee ook be-
stemd voor gebruik door leken voor het verwarmen van winkels, kantoren en andere
soortgelijke werkomgevingen, evenals voor het verwarmen van landbouwbedrijven, ho-
tels, pensions en dergelijke of voor het verwarmen van andere wooninrichtingen.
De warmtepomp voldoet aan alle relevante DIN-/VDE-voorschriften en EG-richtlijnen.
Deze vindt u in de CE-verklaring in de bijlage.
De elektrische aansluiting van de warmtepomp moet volgens de geldige VDE-, EN- en
IEC-normen en volgens het Algemeen Reglement voor Elektrische Installaties (A.R.E.I.)
worden uitgevoerd. Bovendien moeten de aansluitingsvoorwaarden van de energiebe-
drijven in acht worden genomen.
De warmtepomp moet overeenkomstig de betreffende voorschriften in de warmtebron-
en verwarmingsinstallatie geïntegreerd worden.
Personen, in het bijzonder kinderen, die wegens hun fysieke, zintuiglijke of mentale
vaardigheden of wegens hun gebrek aan kennis of ervaring niet in staat zijn het toestel
op een veilige manier te gebruiken, mogen dit toestel niet zonder toezicht of instructies
van een verantwoordelijke persoon gebruiken.
Kinderen niet zonder toezicht laten om zeker te zijn dat ze niet met het toestel spelen.
3