Nederlands
§
Een lamp knippert. (Dit is geen fout.)
Mogelijke oorzaak: De lamp is enkelzijdig aangesloten. à Wanneer
u dit knipperen niet wenst, verwijdert u de lampen van de locmassa,
isoleer ze en verbind ze met de retourleiding (punt X3).
§
De loc rijdt te langzaam of te snel.
Mogelijke oorzaak: Iedere loc reageert anders op dezelfde
programmering. à Pas de programmering van de individuele
rijeigenschap van de loc aan.
§
De loc reageert niet op F3 en F4.
Mogelijke oorzaak: op de centrale is het Motorola-I-format
ingesteld. à Stel het Motorola-II-format in.
§
De loc rijdt niet in analoog bedrijf.
Mogelijke oorzaak: Het analoog bedrijf is uitgeschakeld.
à Verander de waarde van CV#6.
Mogelijke oorzaak: De analoge modelbaan wordt bediend door een
gelijkstroomrijregelaar, het analoog bedrijf is echter alleen mogelijk
met analoge wisselstroomtrafo's.
§
Na het programmeeren rijdt de loc slecht of helemaal niet.
Mogelijke oorzaak: De ingevoerde waarden voor de CVs kloppen niet.
à Voer een decoderreset uit en programmeer de decoder opnieuw.
§
In digitaal bedrijf rijdt de loc plotseling met een hoge snelheid.
Mogelijke oorzaak: Stoorsignalen op de modelbaan hebben de decoder
naar analoog bedrijf omgeschakeld. à Daar vaak niet is te traceren welke
oorzaken de stoorsignalen hebben is het aan te raden de automatische
analoogherkenning tijdens het digitaalbedrijf uit te schakelen.
Wanneer u een storing niet kunt lokaliseren stuur dan de schakeling ter
reparatie op (adres op de laatste pagina).
Voorschriften voor de bouwer
Diegene die een bouwsteen door het inbouwen resp. uitbreiding
bedrijfsgereed maak is volgens DIN VDE 0869 de fabrikant en is
verplicht, bij doorgifte van het product alle begeleidende papieren mee
te leveren en ook zijn naam en adres op te geven.
Pagina 106
LD-G-14