• Zorg ervoor dat het instrument en alle daarop aangesloten apparatuur stevig op de kar
zijn bevestigd voordat u het in de werkplaats verplaatst.
• Om het instrument te verplaatsen gebruikt u de handgrepen waarmee het instrument
en de kar zijn uitgerust.
• Blokkeer de ventilatieopeningen op geen enkele manier.
• Blokkeer de gas- en condensafvoerkanalen op geen enkele manier.
Voorzorgsmaatregelen:
• Niet nat laten worden door water of andere vloeistoffen.
• De voeding van het apparaat moet altijd aangesloten worden volgens de procedures
beschreven in de huidige handleiding.
• Gebruik nooit externe batterijen om het apparaat aan te drijven.
Het instrument is ontworpen om elektrisch veilig te zijn en
om te werken met specifieke spanningsniveaus.
Het niet naleven van de specificaties betreffende de
spanning kan de doeltreffendheid van het instrument
nadelig beïnvloeden.
De elektromagnetische compatibiliteittests uitgevoerd op
het gereedschap garanderen dat het kan worden aangepast
op de technologieën gewoonlijk gebruikt op voertuigen
(bijv.: motorcontrole, ABS, airbag, enz.). Mocht er toch een
storing optreden, neem dan contact op met de dealer van
het voertuig.
nl
11