Inhoudsopgave
Advertenties
Het is voor de monteurs verplicht veilig te werken en
zich
te
houden
aan
alle
veiligheidsvoorschriften
en
bepalingen
werkzaamheden, bediening, revisie en/of onderhoud
of
reparaties
aan
Atlas
Copco
Onderstaande lijst is een overzicht van de speciale
veiligheidsvoorschriften
en
-maatregelen,
hoofdzakelijk gelden voor Atlas Copco apparatuur.
Deze veiligheidsvoorschriften gelden voor machines,
die lucht verwerken of verbruiken. Bij het werken met
elk willekeurig ander gas gelden speciale extra
veiligheidsvoorschriften, die hier niet vermeld zijn.
Het niet opvolgen van deze veiligheidsvoorschriften
kan leiden tot gevaar voor personen, het milieu en de
installaties:
-
het in gevaar brengen van personen door
mechanische,
elektrische
invloeden.
-
het in gevaar brengen van het milieu door het
lekken van olie, oplosmiddelen of andere stoffen.
-
het in gevaar brengen van installaties door het
optreden van storingen.
Atlas Copco wijst alle verantwoordelijkheid van de
hand voor schade of letsel als gevolg van het niet in
acht nemen van deze voorschriften, onoplettendheid
en roekeloosheid tijdens werkzaamheden, het
bedienen, onderhouden of repareren, ook wanneer dit
niet uitdrukkelijk is vermeld in deze handleiding. De
fabrikant aanvaardt geen aansprakelijkheid voor
schades, die zijn ontstaan door het gebruik van niet-
originele onderdelen, door wijzigingen, toevoegingen
of veranderingen zonder de schriftelijke toestemming
vooraf van de fabrikant.
Als een bepaald voorschrift uit deze handleiding niet
overeenkomt met de plaatselijke wetgeving, dan moet
de strengste van beide worden toegepast.
Verklaringen
zoals
opgenomen
veiligheidsvoorschriften
mogen
geïnterpreteerd als suggesties, aanbevelingen of
lokaal
geldende
aanmoedigingen voor het overtreden van de van
tijdens
toepassing zijnde wetten of voorschriften.
apparatuur.
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
1
De eigenaar is ervoor verantwoordelijk, dat de
die
machine in een veilige staat wordt gehouden.
Onderdelen en toebehoren van de machine
moeten worden aangebracht/vervangen, als ze
ontbreken/geen veilig bedrijf kunnen garanderen.
2
De leidinggevende of de verantwoordelijke
persoon moet erop toezien dat alle voorschriften
aangaande de machine, bediening vn de
apparatuur en het onderhoud strikt worden
nageleefd. De machines met alle accessoires,
veiligheidsapparatuur en verbruikers goed zijn
en
chemische
onderhouden en niet zijn versleten of beschadigd
en dat er niet mee is geknoeid.
3
Controleer of de motoren en luchtfilters evenals
de
elektrische
regelcomponenten beschermd zijn tegen het
binnendringen van vocht.
4
Leidingen en andere onderdelen die warmer
kunnen worden dan 80 °C en tijdens de normale
bediening per ongeluk door gebruikers kunnen
worden aangeraakt, moeten worden geïsoleerd en
afgedekt. Andere warme leidingen moeten
zichtbaar worden gemarkeerd.
5
Als er een indicatie of verdenking is dat een intern
onderdeel van de machine oververhit is, moet de
machine gestopt worden. Inspectieluiken mogen
niet worden geopend voordat voldoende tijd voor
het afkoel van de machine is verstreken. Dit ter
voorkoming van het risico van ontsteking van
oliedampen.
6
Normale waarden (bijv. drukken, temperaturen,
in
deze
toerentallen, enz.) moeten duurzaam worden
niet
worden
aangegeven.
7
8
9
10 Alle regelsystemen en beveiligingen moeten
11 Nadat de machine is uitgeschakeld moet worden
12 De unit is voorzien van een frequentiergegelaar.
componenten
en
de
13 Zorg ervoor dat schade wordt voorkomen aan
14 Druk- en temperatuurmeters moeten regelmatig
- 8 -
Gebruik de machine alleen voor het doel,
waarvoor hij werd geconstrueerd en binnen de
toegestane grenzen (drukken, temperaturen,
toerentallen, enz.).
Houd de machine en installatie schoon, door
regelmatig olie, stof en andere afzettingen te
verwijderen.
Inspecteer
en
reinig
regelmatig
afvoerende
oppervlakken
intercoolers, watermantels, enz.) zodat stijging
van de bedrijfstemperatuur wordt voorkomen.
zorgvuldig onderhouden worden, zodat zij goed
functioneren. Zij mogen niet buiten werking
worden gesteld.
gecontroleerd of de druk werd ontlucht die kan
achterblijven in het ontluchtingssysteem.
Wacht minimaal 15 minuten na het elektrisch
isoleren van de machine, voordat enige reparatie
aan elektrische onderdelen wordt uitgevoerd.
Deze tijd is noodzakelijk voor het afvoeren van
opgeslagen energie. Gebruik voorafgaand aan de
werkzaamheden altijd een multimeter om te
controleren of de elektrische componenten veilig
zijn.
veiligheidskleppen
en
drukontlastingsinrichtingen. Voorkom vooral
verstopping door verf, olieresten of vuilophoping,
dit kan de werking van de machine verstoren.
worden gecontroleerd op hun nauwkeurigheid.
Ze moeten worden vervangen, als de afwijking de
toegestane tolerantie overschrijdt.
warmte-
(koelvinnen,
andere
Advertenties
Inhoudsopgave
