CONTROLE VAN HET PEIL VAN DE
COMPRESSOROLIE
DAGELIJKSE CONTROLES
Controleer het oliepeil dagelijks, nadat de compressor
in bedrijf geweest is.
Controleer
het
oliepeil
compressor in horizontale stand, nadat
de compressor volledig opgewarmd en
de thermostaatklep dus open is.
1. Stop de compressor met gesloten luchtkraan (3) en
laat deze even rusten, zodat de druk in de ketel kan
verminderen en de olie kan bezinken.
2. Controleer het peil van de compressorolie via de
oliepeil-indicator (2). De wijzer van de oliepeil
indicator moet in het groene vlak staan. Als de
wijzer van de oliepeil indicator in het rode vlak
staat, betekend dit dat het oliepeil te laag is. Voeg
olie toe via de olievuldop (1).
Voordat
de
olievuldop
wordt, moet gecontroleerd worden dat
de druk afgelaten is door het openen van
een luchtkraan en het controleren van de
druk op de drukmeter.
3. Vul olie bij tot de wijzer van de Olieniveaumeter
(2) boven in het groene vlak staat.
4. Plaats de vulplug (1) weer en draai deze vast.
- 54 -
CONTROLE NADAT DE COMPRESSOR EEN
LANGERE TIJD HEEFT STILGESTAAN
1. Controleer het oliepeil m.b.v. de oliepeilindicator
(2). De wijzer moet in het groene gebied staan.
met
de
2. Als het oliepeil te laag is, verwijder dan de
olievulplug (1) en controleer of er nog olie in het
vat zit.
Geen olie in de ketel: Vul olie bij tot de wijzer
van de olieniveaumeter in het bovenste deel
van het groene vlak staat en ga verder met de
procedure zoals beschreven in Dagelijkse
controle.
Wel olie in de ketel: Start de machine en laat
deze warm draaien zodat de thermostaatklep
zich opent. Stop de compressor met gesloten
luchtuitlaatkraan en volg de bovenstaande
stappen in Dagelijkse controle.
verwijderd
Bij temperaturen onder 0°C moet de
compressor enige tijd belast worden om
er
zeker
thermostaatklep open is.
van
te
zijn
dat
de