Selection of Setup maakt keuze van één van de
Selection of Setup
Selection of Setup
Selection of Setup
Selection of Setup
twee Setups mogelijk; dit veronderstelt echter dat
parameter 004 is ingesteld op Multi Setup.
Catch-up/Slow-down
Catch-up/Slow-down wordt gekozen wanneer de
Catch-up/Slow-down
Catch-up/Slow-down
Catch-up/Slow-down
referentiewaarde verhoogd of verlaagd moet worden
met een programmeerbaar percentage dat wordt
ingesteld in parameter 219.
Slow-down
Snelheid niet veranderd
Verlaagd met %-waarde
Verhoogd met %-waarde
Verlaagd met %-waarde
Preset reference maakt een keuze van één van de
Preset reference
Preset reference
Preset reference
Preset reference
twee digitale referenties mogelijk, overeenkomstig de
tabel in parameter 215 en 216. Om actief te kunnen
zijn, moet Preset reference geselecteerd zijn.
Preset reference, on
Preset reference, on
Preset reference, on wordt gebruikt om over te
Preset reference, on
Preset reference, on
schakelen tussen externe referentie en digitale
referentie. Er wordt aangenomen dat External/
preset [2] geselecteerd is in parameter 214. Logisch
'0' = externe referenties actief; logisch '1' = één
van de twee digitale referenties actief.
Precise stop corrigeert de uitlooptijd om een hoge
Precise stop
Precise stop
Precise stop
Precise stop
herhalingsnauwkeurigheid te verkrijgen op het stoppunt.
Puls referen
Puls
Puls
reference
referen
referen
ce ce
ce ce wordt gekozen indien een
Puls
Puls
referen
pulssequentie (frequentie) van 0 Hz wordt gebruikt
die overeenkomt met Ref
frequentie wordt ingesteld in parameter 327 en
komt overeen met Ref
MAX
Pulse feedback wordt gekozen indien een
Pulse feedback
Pulse feedback
Pulse feedback
Pulse feedback
pulssequentie (frequentie) wordt geselecteerd als
een terugkoppelingssignaal. Zie ook pagina 50.
Analogue reference wordt gekozen om de
Analogue reference
Analogue reference
Analogue reference
Analogue reference
referentie door middel van een analoog referentie
signaal te kunnen veranderen. Zie ook pagina 50.
Indien andere ingangen zijn aangesloten, worden
deze opgeteld, waarbij rekening wordt gehouden
met hun tekens.
Analogue feedback
Analogue feedback wordt geselecteerd indien "closed
Analogue feedback
Analogue feedback
Analogue feedback
loop"-regeling met een analoog signaal wordt gebruikt.
Reset and start wordt gebruikt om start en reset
Reset and start
Reset and start
Reset and start
Reset and start
tegelijkertijd te activeren.
Schalen van het ingangssignaal vindt plaats in de
parameters 338 en 339.
= fabrieksinstelling. ( ) = tekst parametervenster [ ] = waarde die gebruikt wordt voor communicatie via de seriële communicatiepoort.
MG.03.B6.10 - VLT is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
Catch-up
0
0
1
0
0
1
1
1
, parameter 204. De
MIN
.
FCM Serie 300
NB!:
Indien Reference of Feedback geselecteerd
zijn op meer dan één klem, zullen deze
signalen, met tekens, worden opgeteld.
336 Klem 1, min. schaling (AI 1 SCALE LOW)
Instellingen:
0,0 - 20,0 mA
0,0 mA
Functie:
Deze parameter bepaalt de waarde van het
referentiesignaal, dat overeenkomt met de minimale
referentiewaarde die is ingesteld in parameter 204.
Indien de Time-outfunctie (onderbreking) van para-
meter 317 gebruikt moet worden, moet de instelling
> 2 mA zijn.
Beschrijving van de keuze:
Stel de gewenste stroomwaarde in.
337 Klem 1, max. schaling
(AI 1 SCALE HIGH)
Instellingen:
0,0 - 20,0 mA
20,0 mA
Functie:
Deze parameter bepaalt de waarde van het
referentiesignaal, dat overeenkomt met de
maximale referentiewaarde die is ingesteld in
parameter 205.
Beschrijving van de keuze:
Stel de gewenste stroomwaarde in.
338 Klem 2, min. schaling
(AI 2 SCALE LOW)
Instellingen:
0,0 - 10,0 V
0,0 V
Functie:
Deze parameter wordt gebruikt voor het instellen
van de signaalwaarde die overeenkomt met de
minimale referentiewaarde die is ingesteld in
parameter 204.
Beschrijving van de keuze:
Stel de gewenste spanningswaarde in.
[0 - 200]
[0]
[0 - 200]
[200]
[0 - 100]
[0]
55