015 Lokale jog (LOCAL JOGGING)
Instellingen:
Not possible (DISABLE)
Possible (ENABLE)
Functie:
In deze parameter, kan de jogfunctie geactiveerd/
gedeactiveerd worden op het bedieningspaneel.
Beschrijving van de keuze:
Indien men in deze parameter Disable [0] heeft geselec-
teerd, zal de [JOG]-toets gedeactiveerd zijn.
016 Lokaal omkeren
(LOCAL REVERSING)
Instellingen:
Not possible (DISABLE)
Possible (ENABLE)
Functie:
In deze parameter kan de functie voor het omkeren van
de draairichting worden geactiveerd/gedeactiveerd op
het bedieningspaneel. Deze toets kan alleen worden
gebruikt als parameter 002 is ingesteld op Local
operation [1] en parameter 013 op LCP control with open
loop [1] of LCP control zoals parameter 100 [3].
Beschrijving van de keuze:
Indien men in deze parameter Disable [0] heeft ge-
selecteerd, zal de [FWD/REV]-toets gedeactiveerd zijn.
Zie ook parameter 200.
017 Lokale reset na uitval (trip)
(LOCAL RESET)
Instellingen:
Not possible (DISABLE)
Possible (ENABLE)
Functie:
In deze parameter kan de resetfunctie vanaf het toetsen-
bord worden geselecteerd/gedeactiveerd.
Deze toets kan gebruikt worden wanneer parameter 002
is ingesteld voor Remote control [0] of Local [1].
Beschrijving van de keuze:
Indien men in deze parameter Disable [0] heeft geselec-
teerd, zal de [RESET]-toets gedeactiveerd zijn.
NB!:
Kies Disable [0] alleen indien er via de digitale
ingangen een extern resetsignaal is aangesloten.
= fabrieksinstelling. ( ) = tekst parametervenster [ ] = waarde die gebruikt wordt voor communicatie via de seriële communicatiepoort.
MG.03.B6.10 - VLT is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
FCM Serie 300
018 Blokkering van data-wijziging
(DATA CHANGE LOCK)
Instellingen:
[0]
[1]
Not locked (NOT LOCKED)
Locked (LOCKED)
Functie:
In deze parameter kan de software de besturing "blokke-
ren", wat betekent dat de data niet gewijzigd kunnen
worden via LCP 2 (dit is echter nog steeds mogelijk via
de seriële communicatiepoort).
Beschrijving van de keuze:
Indien men Locked [1] heeft geselecteerd kunnen de data
niet worden gewijzigd.
019 Bedrijfsstatus bij inschakelen, lokaal
[0]
(POWER UP ACTION)
[1]
Instellingen:
Auto restart, use saved ref. (AUTO RESTART)
Forced stop, use saved ref. (LOCAL=STOP)
Forced stop, set ref. to 0
(LOCAL=STOP, REF=0)
Functie:
Instelling van de gewenste bedrijfsstand na aansluiting op
de netvoeding.
Deze functie kan alleen actief zijn in combinatie met Local
control [1] in parameter 002.
Beschrijving van de keuze:
Auto restart, use saved ref. [0] moet geselecteerd
worden wanneer de frequentie-omvormer moet opstar-
ten met de lokale referentie (ingesteld in parameter 003)
en de start/stop condities die vlak voor uitschakeling van
de netvoeding gegeven zijn via de [START/STOP]-
toetsen.
[0]
Forced stop, use saved ref. [1] wordt gebruikt indien de
[1]
frequentie-omvormer na aansluiting van de netvoeding in
de stop-stand moet blijven totdat de [START]-toets
wordt ingedrukt. Na het startcommando zal de
frequentie-omvormer opstarten met de lokale referentie
die is ingesteld in parameter 003.
Forced stop, set ref. to 0 [2] wordt geselecteerd indien
de frequentie-omvormer na aansluiting op de netvoeding
in de stopstand moet blijven. De lokale referentie
(parameter 003) wordt gereset.
NB!:
Bij externe bediening (parameter 002), zal de
start/stopsituatie bij de inschakeling afhankelijk zijn
van de externe stuursignalen. Latched start wordt
geselecteerd in parameter 332-335, de motor blijft
stilstaan bij het opstarten.
[0]
[1]
[0]
[1]
[2]
43