Platformbedienings- en indicatorpaneel
OPMERKING: Op het platformbedienings- en indicatorpaneel
worden symbolen van verschillende vorm gebruikt
om de machinist te wijzen op verschillende
bedrijfssituaties die kunnen ontstaan. De beteke-
nis van deze symbolen wordt hieronder toegelicht.
Waarschuwingslampje scheefstandindi-
cator - Duidt op een mogelijk gevaarlijke
situatie die, indien deze niet wordt verhol-
pen, ernstig of dodelijk letsel tot gevolg kan
hebben. Deze indicator is rood.
Indicator machinestoring - Duidt op een
abnormale bedrijfsconditie die, indien deze
niet wordt verholpen, onderbreking van het
machinebedrijf of schade tot gevolg kan
hebben. Deze indicator is geel. *(ZIE ONDER-
STAANDE OPMERKING)
OPMERKING: * Wanneer deze lamp geactiveerd is, knippert een
DTC (Diagnostic Trouble Code, diagnostische sto-
ringscode). Een uitleg van deze codes en items die
de machinist al dan niet kan verhelpen, vindt u in
Hoofdstuk 6, ALGEMENE SPECIFICATIES EN
ONDERHOUD DOOR MACHINIST, sub-Hoofdstuk
6.9, DIAGNOSTISCHE STORINGSCODES (DTC).
3122700
HOOFDSTUK 3 - BEDIENINGSELEMENTEN EN INDICATORS VAN DE MACHINE
1. Indicator systeemstoring
2. Ladingindicator van accu (BDI)
3. Waarschuwingslampje scheefstandindicator
4. Hefmodusindicator platform
OPMERKING: De knop en indicators op het indicatorpaneel die grijs zijn afgebeeld,
OM ERNSTIG LETSEL TE VOORKOMEN, MAG DE MACHINE NIET GEBRUIKT
WORDEN ALS DE BEDIENINGSHENDELS OF TUIMELSCHAKELAARS DIE DE
MACHINEFUNCTIES BESTUREN NIET NAAR DE STAND 'UIT' OF 'NEUTRAAL'
TERUGGAAN WANNEER ZE WORDEN LOSGELATEN.
– JLG Hoogwerker –
1
2
4
5
Figuur 3-8. Platformbedienings-/indicatorpaneel
worden momenteel niet gebruikt op de 1230ES machine.
WAARSCHUWING
3
6
7
5. Keuzeschakelaar
heffen/rijden
6. Rijmodusindicator
7. Claxonknop
3-9