SMA Solar Technology AG
Als de waarde van „P
waarde „Qmax" op „Qmax" begrensd en de karakteristiek heeft in het bereik van ‒Pmax tot ‒Qmax
en van +Qmax tot +Pmax een lineair verloop.
Gebruikte parameters
4.8.8 Procedure „PFCnst"
De instelling van het blindvermogen wordt via de parameter „PF-PF" en „PF-PFExt" ingesteld. Hierbij
geeft de parameter „PF-PF" de verschuivingsfactor cos φ en de parameter „PF-PFExt" de excitatie aan.
Gebruikte parameters
4.8.9 Procedure „PFCnstAnIn"
De begrenzing van het blindvermogen wordt via een analoog signaal op de ingangsklemmen voor
de gewenste waarde-instelling ingesteld (zie de meegeleverde installatiehandleiding). Normaal
gesproken wordt dit via een rondzendsignaalontvanger gerealiseerd.
De analoge waarde wordt naar een vermogensfactor omgerekend. De stroomsterkte van het
aangesloten signaal bepaalt de instelling van de gewenste waarde.
De analoge meetwaarden moeten tussen 4 mA ... 19 mA liggen. Als het analoge signaal lager dan
2 mA is, wordt de foutmelding „Q-VArModFailStt" gegenereerd.
Signaal
< 2 mA
2 mA ... 4 mA
4 mA
11,5 mA
> 19 mA
De analoge waarde wordt naar een gewenste waarde voor de vermogensfactor omgerekend.
Hierbij vormt de parameter „PFAbsMin" het start- en eindpunt van de lineaire karakteristiek.
Gebruikte parameters
Bedrijfshandleiding
" de waarde van „Qmax" overschrijdt, wordt de karakteristiek van de
max
Geen
PF-PF
PF-PFExt
Vermogensbegrenzing
laatste geldige waarde of 1 na
herstart
PFAbsMin/capatitief
PFAbsMin/capatitief
1
PFAbsMin/inductief
Geen
Beschrijving
Signaal bevindt zich in een ongeldig bereik
Het maximaal negatief opgewekte
blindvermogen wordt teruggeleverd.
Startpunt van de karakteristiek Maximaal
negatief opgewekte blindvermogen wordt
teruggeleverd.
Nuldoorgang van de karakteristiek Er wordt
geen blindvermogen teruggeleverd.
Eindpunt van de karakteristiek Maximaal
positief opgewekte blindvermogen wordt
teruggeleverd.
SC4-63HE-BE-BNL103280
4 Sunny Central Control
53