Primaire pompen
Primaire pompen in een systeem met primaire/
secundaire pompen kunnen worden gebruikt om
een constante flow te handhaven in apparaten die
bedienings- of regelproblemen hebben bij een variabele
flow. De primaire/secundaire pomptechniek ontkoppelt
de "primaire" productiekringloop van de "secundaire"
distributiekringloop. Hierdoor kunnen apparaten
als koeleenheden een constante ontwerpdruk
aannemen en goed functioneren, terwijl de flow in
de rest van het systeem kan variëren.
Wanneer de doorstroming in een koeleenheid afneemt,
begint het gekoelde water overgekoeld te raken.
Wanneer dit gebeurt, probeert de koeleenheid zijn
koelcapaciteit te laten afnemen. Als de flow ver genoeg
of te snel daalt, kan de koeleenheid zijn belasting niet
voldoende afvoeren en schakelt de veiligheid voor
lage verdampingstemperatuur de koeleenheid uit, die
dan met de hand moet worden gereset. Dit komt
regelmatig voor in grote installaties, met name wanneer
twee of meer koeleenheden parallel zijn geïnstalleerd
en er geen primaire/secundaire pompen zijn.
De nieuwe standaard
Het energieverbruik van de primaire kringloop kan
aanzienlijk zijn, afhankelijk van de omvang van het
systeem en van de primaire kringloop.
Een VLT frequentie-omvormer kan aan het primaire
systeem worden toegevoegd om de smoorklep
en/of het inkorten van de shoepen te vervangen,
zodat de bedrijfskosten lager worden. Er zijn twee
algemeen gebruikte besturingsmethoden:
MG.61.B3.10 - VLT is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
Flowmeter
F
®
VLT
Serie 6000 HVAC
Bij de eerste methode wordt gebruik gemaakt
van een flowmeter. Omdat de gewenste flow
bekend is en constant, kan bij de uitlaat van elke
koeleenheid een flowmeter worden geïnstalleerd
om de pomp rechtstreeks te regelen. Met behulp
van de ingebouwde PID-regelaar handhaaft de
VLT frequentieomvormer altijd de juiste flow en
compenseert zelfs de veranderende weerstand in de
primaire kringloopleiding bij het aan en afschakelen
van koeleenheden en hun pompen.
De andere methode is plaatselijke snelheidsbepaling.
De bediener verlaagt de uitgangsfrequentie totdat
de ontwerpflow bereikt is.
Het gebruik van een VLT frequentie-omvormer om de
pompsnelheid te verlagen lijkt op het verstellen van
de rotorbladen van de pompen, behalve dat er geen
inspanning voor nodig is en dat de pompefficiëntie hoog
blijft. De inbedrijfsteller verlaagt de snelheid van de
pomp totdat de juiste flow bereikt is en laat de snelheid
onveranderd. De pomp zal bij elke inschakeling van
de koeleenheid met deze snelheid werken. Omdat
de primaire kringloop geen regelkleppen of andere
mechanismen heeft waardoor de systeemkromme
kan veranderen en de variatie als gevolg van het it en
uitschakelen van pompen en koeleenheden doorgaans
laag is, blijft deze vaste snelheid geschikt. Mocht het
later in de gebruiksduur van het systeem nodig zijn de
flow te verhogen, dan kan de VLT frequentie-omvormer
eenvoudig de snelheid van de pompen verhogen in
plaats van een nieuwe pomprotor te installeren.
Flowmeter
F
21